Wat zijn de voordelen?
Via NGT’s kan je heel precies veranderingen aanbrengen in het erfelijk materiaal van planten. De genetische wijzigingen zijn niet te onderscheiden van wijzigingen die in klassiek veredelde planten voorkomen. Het grote voordeel is dat deze nieuwe technieken het veredelingsproces versnellen.
Je zou zo bijvoorbeeld genen kunnen aanpassen zodat de plant beter bestand is tegen droogte, ziektes of plagen. Op die manier kunnen de technieken hun steentje bijdragen aan een duurzamer landbouwsysteem, waarbij minder pesticiden of watergebruik nodig is, met meer opbrengst per oppervlakte en gewassen die beter bestand zijn tegen het veranderende klimaat.
Beschermt het wetsvoorstel de gezondheid?
Het Europese wetsvoorstel maakt het onderscheid tussen planten bekomen met een beperkt aantal genetische wijzigingen (categorie NGT1) versus planten met ingrijpendere veranderingen (categorie NGT2). De risico’s van NGT1-planten zijn in wezen gelijk aan planten bekomen via klassieke veredeling. De Raad verwelkomt dan ook dit bijkomende kader, dat innovatie in de landbouw meer ruimte geeft. Meer zelfs, de Raad is ervan overtuigd dat het bestaande Europese wettelijke kader samen met het nieuwe wetsvoorstel, de mens en het milieu gelijkwaardig beschermt. NGT2-planten blijven onderworpen aan een zeer strenge risicobeoordeling zoals voorzien in de Europese GGO-wetgeving.
Wat zijn de bezorgdheden?
NGT’s moeten breed beschikbaar zijn. De vorming van monopolies moet dus door de wetgever worden tegengegaan. De Raad pleit daarnaast ook voor transparantie. NGT-zaden moeten duidelijk gelabeld worden. Los van de technieken waarmee planten veredeld worden, beveelt de Raad ook aan om in de toekomst op Europees niveau bij elke nieuwe plantenvariëteit de balans op te maken tussen maatschappelijk voordeel en potentiële risico’s.