Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten

 20 okt 2023 15:02 

'Actieplan voedselverlies en biomassa(rest)stromen circulair 21-25'


Vraag om uitleg over het 'Actieplan voedselverlies en biomassa(rest)stromen circulair 2021-2025'
van Sofie Joosen aan minister Jo Brouns

De voorzitter

Mevrouw Joosen heeft het woord.

Sofie Joosen (N-VA)

Minister, in 2021 stelde de Vlaamse Regering als doel om tegen 2025 in de hele keten 30 procent voedselverlies te voorkomen. Uit een rapport van de Voedsel- en Landbouworganisatie van de Verenigde Naties (Food and Agriculture Organization of the United Nations of FAO) blijkt dat de Belgen gemiddeld jaarlijks toch nog 345 kilogram voedsel verspillen. De monitor van het actieplan voedselverlies heeft het over 900.000 ton eetbaar voedsel dat in Vlaanderen jaarlijks helaas verloren gaat.

Er werden al heel wat acties op het getouw gezet om die doelstelling te bereiken. Heel wat partners zijn daarbij betrokken: uiteraard het Departement Landbouw en Visserij, maar ook het Instituut voor Landbouw-, Visserij- en Voedingsonderzoek (ILVO), de Vereniging van Vlaamse Steden en Gemeenten (VVSG), Horeca Vlaanderen en BB hebben zich mee ingespannen. Zij zetten zich in het project in als ‘De Kostwinners’, en trekken mee aan de kar. Ik ben dan ook benieuwd te vernemen welke vooruitgang er de voorbij 2,5 jaar is geboekt.

Ik kaartte het thema hier al enkele malen aan, ook bij uw voorganger minister Crevits. Er werd gesteld dat er geregeld overleg is op ambtelijk niveau, niet alleen tussen de verschillende domeinen, maar ook tussen de verschillende beleidsniveaus. Ik hoop uiteraard dat Vlaanderen daarin een coördinerende rol zal opnemen. Ook in het nakende EU-voorzitterschap van België liggen er volgens mij mogelijkheden om dit thema extra aandacht te geven en daarin als Vlaanderen voortrekker te zijn.

Minister, we zitten halfweg de looptijd van het actieplan. Wat is het voorlopige resultaat van dit plan? Hoever staan we in het streefdoel van de reductie van 30 procent? 

Hoe verloopt de samenwerking tussen de verschillende partners binnen de keten? Zijn er nieuwe overlegmomenten in het vooruitzicht?

Plant u bijkomende acties om onze doelstellingen te behalen?

Zult u het thema op de agenda van het nakende EU-voorzitterschap plaatsen?

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Collega, het ‘Actieplan voedselverlies en biomassa(rest)stromen’ verscheen in 2021. De trekkers van de kringloop voedselverlies, de Openbare Vlaamse Afvalstoffenmaatschappij (OVAM) en het Departement Landbouw en Visserij, werken samen met andere partners uit de agrovoedingsketen en onderzoek om tegen 2025 het volgende streefdoel te halen: 30 procent van de voedselverliezen voorkomen, herverwerken als voedsel, of selectief inzamelen en hoogwaardiger valoriseren ten opzichte van 2015. Dat doel van 30 procent slaat dus niet enkel op minder voedselverlies, maar ook op een betere herbestemming van voedselreststromen, bijvoorbeeld als diervoeder, compost of bodemverbeterend middel. Dat alles vergt uiteraard een grote gedragsverandering en vraagt ook de nodige tijd.

Dit voorjaar verscheen een nieuwe monitor over voedselverlies in de gehele agrovoedingsketen. Daaruit blijkt dat er in 2020 in Vlaanderen 884.000 ton voedselverlies was. Dat is ten opzichte van 2015 een daling van 2 procent. 73 procent van het verlies werd gevaloriseerd en 27 procent belandde in het restafval.

De resultaten geven aan dat er in het moeilijke coronajaar 2020 vooruitgang is geboekt bij preventie, selectieve inzameling en herverwerking. De dataverzameling is ook verbeterd. Alle betrokkenen in de keten moeten echter nog een versnelling hoger schakelen om voedselverlies te verminderen en, als voedselverlies niet kan worden vermeden, de overschotten een andere bestemming te geven.

Een bijzondere doelgroep vormen de huishoudens. Het voedselverlies dat thuis in de restafvalzak belandt, bedraagt 175.000 ton of 26 kilogram per inwoner. Er belandt ook nog heel wat bruikbaar voedsel in het restafval, zoals brood, groenten, fruit en andere restjes. Afval van voedsel dat niet kan worden vermeden, kan thuis worden gecomposteerd of selectief ingezameld als groente-, fruit- en tuinafval (gft).

Het actieplan voedselverlies 2021-2025 draait op volle toeren. Dat blijkt uit het voortgangsrapport, dat samen met de monitor verschenen is. In alle schakels van de agrovoedingsketen en bij onderzoek, beleid en middenveld zijn er acties lopende. De gemeenschappelijke noemer is de preventie van voedselverlies en de selectieve inzameling en valorisatie van voedselreststromen.

Het bredere samenwerkingsverband van organisaties in Vlaanderen die hun schouders zetten onder het actieplan voedselverlies, gaat sinds vorig jaar door het leven als ‘De Kostwinners’. De nieuwe website bundelt acties, inspireert met goede voorbeelden uit de praktijk en geeft tips en tricks aan iedereen die ten strijde trekt tegen voedselverliezen. 

Op 29 september, de Internationale dag tegen voedselverlies, lanceerden De Kostwinners een nieuwe toepassing op de website: de ‘Wat-je-nog-liggen-had-GPT’. Een ChatGPT-hulpkok giet restjes uit de koel- of voorraadkast in een geniaal recept, zodat je nooit meer restjes hoeft weg te gooien.

Ik verwijs ook graag naar de acties die reeds volop lopen binnen het actieplan voedselverlies. Ik noem er enkele die een link hebben met de landbouw.

Het Europese ZeroW(aste)-onderzoeksproject loopt nog tot 2025. Meer dan veertig Europese partners willen voedselverliezen en -verspilling verminderen door systemische innovatie. ILVO coördineert samen met onder andere BB, de OVAM en de Belgische Federatie van Voedselbanken en met steun uit de gemeenschappelijke marktordening (GMO) groenten en fruit, een living lab waarin mobiele verwerking van groente- en fruitoverschotten wordt onderzocht.

Een mobiele unit wordt ingezet als mogelijke oplossing om klasse 2-producten, overproductie en reststromen van groenten en fruit te kunnen valoriseren tot langer houdbare sappen, smoothies en ingrediënten voor soepen en puree. Het gaat niet alleen om proces- en productinnovatie, ook het verdienmodel, de duurzaamheid en de samenwerking tussen ketenspelers komen aan bod.

In een door Vlaanderen circulair gesteund project werkt de Belgische Confederatie van de Zuivelindustrie (BCZ) samen met een aantal schakels in de keten aan het meten van voedselverlies doorheen de zuivelketen: van boer, transport tot zuivelfabrieken.

Een lerend netwerk brengt verliesposten en knelpunten in kaart, deelt goede praktijken, en onderneemt waar mogelijk acties, bijvoorbeeld rond wetgeving, technologie en samenwerking. Finaal zullen de ervaringen bruikbaar zijn voor andere zuivelbedrijven, de bredere voedingssector, overheidsinstanties en stakeholders.

Er lopen voorts 34 diverse onderzoeksprojecten naar innovatie om voedselverliezen bij tuinbouw- en voedselverwerkende bedrijven terug te dringen en nevenstromen hoogwaardig te valoriseren. Dat onderzoek gebeurt bij onder meer ILVO, Flanders’ FOOD, VIVES en Inagro.

Het programma van het Europees voorzitterschap, dat start op 1 januari 2024, is volop in voorbereiding. Hierover zal tijdig worden gecommuniceerd. Wel kan ik al meegeven dat een brede kijk op ons voedselsysteem centraal staat in dat voorzitterschap. Dat heb ik in deze commissie ook al duidelijk gemaakt. Ook het tegengaan van voedselverspilling en -verliezen lijkt me daarin uiteraard belangrijk te zijn.

De voorzitter

Mevrouw Joosen heeft het woord.

Sofie Joosen (N-VA)

Minister, ik dank u voor uw antwoord. Het tegengaan van voedselverlies en voedselverspilling is een belangrijk thema. Het staat hier vaak op de agenda, maar we moeten het warm houden.

U spreekt over het gebruik van reststromen. Het inzetten van die reststromen is een belangrijk onderdeel van het tegengaan van die voedselverspilling, dat voedselverlies. Dat zal ik zeker niet tegenspreken.

Ik denk echter dat er vandaag op het terrein nog stevige winsten te boeken zijn. Een actieplan is één zaak. Ik hoor heel wat acties, en die zijn uiteraard heel erg goed. Maar het omzetten van die acties in resultaten op het terrein is uiteraard nog iets anders – dat weten we allemaal. Het is daarbij heel belangrijk dat we die cijfers volgen en dat we dat streefdoel van 30 procent monitoren. U spreekt van een daling van 2 procent. Er is blijkbaar erg gewerkt op die reststromen en op zich is dat wel goed, maar aan de andere kant is het met die cijfers ook wel duidelijk dat we er vandaag nog lang niet zijn. Daarover zijn we het allemaal eens.

Ik vraag me af wanneer er actuelere cijfers zullen zijn? Deze cijfers zijn immers al een tijdje gekend. Hoe kunnen we daarbij korter op de bal spelen en het iets meer permanent monitoren? Vlaanderen zou voor dit thema immers echt wel die voortrekker kunnen zijn. We bevinden ons in een veranderende en onrustige internationale context, en voedsel wordt daarbij een steeds belangrijker thema. We merken dat voedsel echt wordt ingezet als oorlogswapen. Ik wil Oekraïne daarbij als een voorbeeld noemen, maar er zijn er meerdere te noemen. Vlaanderen moet bezig zijn met dat bredere plaatje, met die Vlaamse voedselstrategie. Het beperken van dat voedselverlies, die reststromen, kan een belangrijk onderdeel zijn van ons totaal Vlaams voedselbeleid.

Ik zag vorige week het advies van de Strategische Adviesraad voor Landbouw en Visserij (SALV) binnenkomen. De collega’s hebben het allemaal gekregen. Daarin adviseert die om van het voedselbeleid een volwaardig beleidsthema in Vlaanderen te maken. Zij deden ook een heel aantal aanbevelingen. Minister, ik hoor u vandaag echt verwijzen naar die brede kijk. Ik hoop van harte dat ik die brede kijk zal kunnen terugvinden in uw beleidsbrief, die we hier binnenkort zullen behandelen, en in de beleidsplannen die u nog hebt.

Minister, wat is uw eerste reactie op het advies van de SALV?

De voorzitter

De heer Steenwegen heeft het woord.

Chris Steenwegen (Groen)

Voorzitter, ik sluit aan bij de vraag van collega Joosen. We hebben het er inderdaad al vaak over gehad. Naar aanleiding van de rekeningen 2022 heb ik er nog eens op gewezen dat het Rekenhof herhaalt dat er te weinig middelen zijn voorzien voor het actieplan en dat het weinig ondersteuning krijgt.

U verwijst inderdaad naar een aantal acties. Maar 2 procent wanneer we naar 30 procent willen, dat is toch mager, ook al is er een aanloop voor nodig.

Mijn vraag sluit aan bij de vraag van collega Joosen: zult u iets extra doen om dat cijfer toch beter in bereik te brengen? Zullen we daar iets van zien in uw komende beleidsbrief?

De voorzitter

Minister Brouns heeft het woord.

Minister Jo Brouns

Dank u wel, collega’s. We mogen inderdaad concluderen dat we er nog niet zijn. Dat kunnen we inderdaad niet tegenspreken op basis van de cijfers. Het is des te belangrijker om het goed te monitoren, het goed op te volgen en de evolutie in het oog te houden. Het kan zeker geen kwaad om daar waar nodig extra inspanningen te doen en een tandje bij te steken. De actuele cijfers moeten inderdaad worden opgevraagd bij de OVAM.

Collega Joosen, u verwijst terecht naar de strategische positie van voedsel tout court,  onze strategische autonomie in Vlaanderen en Europa. Ook de NAVO onderschrijft dat. Het belang daarvan als strategische voorziening kan, zeker in de geopolitieke context van vandaag, uiteraard niet worden overschat.

In het advies van de SALV wordt inderdaad aandacht geschonken aan het bredere socio-economische perspectief waarmee rekening moet worden gehouden, ook binnen de businesscontext van een landbouwbedrijf. Het is belangrijk om dat te onderstrepen.

Collega Steenwegen, u zegt dat het actieplan nog te weinig is om die inspanningen te kunnen doen. Dat is het voorwerp van een voortdurende evaluatie, een permanente monitoring, om die 2 procent zo snel mogelijk te vermeerderen met een groter effect, zodat we die 30 procent in het vooruitzicht krijgen. 

De voorzitter

Mevrouw Joosen heeft het woord.

Sofie Joosen (N-VA)

Minister, dank u wel. We zijn er inderdaad nog lang niet. Er zullen bijkomende inspanningen nodig zijn om te komen tot de concrete realisatie, namelijk dat streefdoel.

Deze legislatuur duurt natuurlijk nog maar een paar maanden. Het is heel belangrijk om te bekijken welk rapport we op het einde van de rit kunnen voorleggen. Ik kijk uit naar uw plannen voor het komende jaar en welk tandje u precies zult bijsteken.

De voorzitter

Wordt vervolgd.

De vraag om uitleg is afgehandeld.

 


  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer