Groeiomstandigheden 2022
De winter van ’21-‘22 was in het algemeen gezien iets natter, somberder en warmer dan normaal. Ook maart was warm en bovendien uitzonderlijk zonnig en droog. Het planten van de vroege aardappelen kon op de drogere gronden snel van start gaan. April begon nat en fris, maar al snel steeg de temperatuur en brak opnieuw een erg droge periode aan. Ook de late rassen gingen de tweede helft april vlot de grond in. Na een lange droge periode regende het eind mei en begin juni weer. Het warme weer zorgde voor een groeivoorsprong. De daaropvolgende zomer was uitzonderlijk droog, warm en zonnig.
Vroege ras Amora
De gemiddelde plantdatum lag op eind maart. Het groeiseizoen begon met hogere temperaturen en te weinig neerslag. De helft van de opgevolgde percelen werden beregend (vooral in juni).
- De eerste proefrooiing vond plaats op 4 juli. Percelen die beregend waren haalden de hoogste opbrengsten (hoger dan meerjarig gemiddelde), zonder beregening lag de opbrengst lager.
- Bij de laatste proefrooiing begin augustus noteerden we voor Amora een praktijkopbrengst (+35 mm mét uitval) van 39 ton/ha. Dit is vergelijkbaar met het meerjarig gemiddelde maar met een zeer groot verschil tussen beregend en niet-beregend (- 13 ton/ha).
Staalname na staalname ging het onderwatergewicht omhoog deels door de natuurlijke groei, maar vooral door het aanhoudend vochttekort. Begin augustus eindigde het groeiseizoen van Amora met een hoog onderwatergewicht van 408 g/5 kg.
Halfvroege ras Sinora
Halfvroege rassen zoals Sinora worden vooral in de eerste week van april geplant. Geen enkel van de opgevolgde percelen werd beregend.
- Bij de start van de proefrooiingen half juli bleek ook Anosta een vlot begin te hebben dankzij de warmere temperaturen. De daaropvolgende weken echter bleek de opbrengst nauwelijks verder toe te nemen.
- We noteerden uiteindelijk een praktijkopbrengst van 35 ton/ha (meerjarig gemiddelde 40 ton/ha).
Half juli lag het onderwatergewicht al meteen hoog met een gemiddelde van net geen 400 g/5 kg.
Fontane -17%
Het planten van de late rassen, zoals Fontane, verliep in 2022 vrij vlot met een gemiddelde van 19 april. Een tweetal Vlaamse percelen werden in juni enkele keren beregend en een viertal velden kregen eind juli of begin augustus een enkele irrigatiebeurt.
- We begonnen de eerste proefrooiingen van Fontane eind juli met een opbrengst die zeer normaal was voor deze tijd van het seizoen. De droogte en vaak zeer warme temperaturen zorgden er voor dat bij de daaropvolgende staalnames de aangroei zeer beperkt was.
- Proefrooiing na proefrooiing zakte de opbrengst verder weg onder het meerjarig gemiddelde.
- Pas begin september kwam er een verandering in het weer met eindelijk neerslag van betekenis en dit voor het hele land.
- Bij de laatste staalname op 19 september brachten de 33 Belgische percelen samen 40,2 ton/ha op (+35 mm mét uitval). Het meerjarig gemiddelde ligt 9 ton/ha of 17% hoger (49 ton/ha).
Door de droge bodemomstandigheden lag het onderwatergewicht eind juli al op 406 g/5 kg. Aangezien de regen uitbleef steeg dit cijfer naar historische hoogte met een piek eind augustus van een gemiddelde van 468 g/5 kg!
Challenger -23%
Fontane en Challenger vertoonden een gelijkaardig verloop van de groeicurve: tot en met begin september bleef de groei beperkt.
- Challenger eindigde op een praktijkopbrengst van 38 ton/ha met een verschil met het meerjarig gemiddelde van maar liefst 23%!
- Door zijn groter knolaantal bleef Challenger steeds fijner in sortering dan Fontane. Die fijnere sortering is nog opvallender dit seizoen.
Het onderwatergewicht van Challenger was bij elke monstername nog net iets hoger dan dit van Fontane, met in de tweede helft augustus een gemiddelde van 481 g/5 kg.
Bintje -14%
Omwille van zijn dalend areaal werden slechts op twee tijdstippen monsters genomen bij Bintje (half augustus en na loofdoding). Net zoals bij de andere late rassen is de aangroei in de zomermaanden beperkt.
Vooral in Wallonië viel de opbrengst van Bintje (zeer) laag uit (32 ton/ha), maar ook in Vlaanderen bleef de opbrengst met 40 ton/ha net onder het meerjarig gemiddelde (42 ton/ha).
Innovator -37%
Innovator is vooral van belang op de Waalse akkers en werd daarom enkel in Wallonië bemonsterd (door Fiwap en Carah). Tegen eind augustus waren de meeste percelen (zo goed als) helemaal afgerijpt met uitzondering van één veld. De totale opbrengst bleef steken op slechts 30 ton/ha.
De voorbije 10 jaar haalde Innovator een eindopbrengst van 48 ton/ha (+35 mm mét uitval). Daar blijven we dit jaar dus ver van verwijderd.
De opvolging van praktijkpercelen vindt plaats in kader van het Landbouwcentrum aardappelen.
Volledige artikel over de groeicurven 2022