|
31 mrt 2022 |
11:16 |
|
Een oorlog voelbaar tot in onze winkelrekken
Het conflict in Oekraïne heeft ook voor onze voedingsketen ernstige gevolgen. Door het tekort aan verschillende grondstoffen en door de explosief gestegen kosten ziet 30% van de Fevia leden zich mogelijks genoodzaakt om minstens een deel van de productie stil te leggen. Onze CEO Bart Buysse pleit dan ook voor realiteits- en verantwoordelijkheidszin.
|
De stroom aan onheilspellende berichten en hartverscheurende beelden vanuit Oekraïne kunnen niemand onbewogen laten. Het is duidelijk dat de oorlog een onwaarschijnlijk zware humanitaire impact heeft. Ook heel wat Belgische voedingsbedrijven hebben de voorbije weken acties op touw gezet om zowel slachtoffers ter plaatse als vluchtelingen in ons land te helpen. Maar de gevolgen van het conflict tussen Oekraïne en Rusland zijn ook bij ons al voelbaar en zorgen voor een nieuwe “stress test” in de voedingsketen. Voedingsbedrijven krijgen vandaag te maken met een beproeving zonder voorgaande, bovenop de reeds heersende krapte en kostenexplosies.
Tekorten aan grondstoffen en verpakkingen
De eerste oorzaak is uiteraard het tekort aan verschillende grondstoffen en verpakkingen die de voorbije dagen veelvuldig in de media aan bod kwamen. Zo halen Europese raffinaderijen van plantaardige oliën 35% tot 45% van hun zonnebloemolie uit Oekraïne. Heel wat producenten zijn intussen bezig met het zoeken naar alternatieven, die uiteraard ook een pak duurder worden.
Daarnaast voelen ook fabrikanten van brood- en bakkerijproducten, pasta en koekjes, die bloem en meel als ingrediënt gebruiken, de gevolgen van de verminderde tarwe-export uit Rusland en Oekraïne. Maar ook voor andere ingrediënten, zoals lijnzaadolie en zelfs eierproducten, dreigen tekorten voor Belgische producenten. Zelfs voor verpakkingen zoals glazen flessen en bokalen dreigt er schaarste te ontstaan.
Tegelijk blijven de kosten voor grondstoffen, energie, verpakkingen en transport stijgen tot ongekende hoogtes. De mondiale verstoring van de toeleveringsketen dreef de prijzen van grondstoffen het afgelopen anderhalf jaar enorm de hoogte in en de oorlog in Oekraïne stuwt deze nog verder omhoog. Hetzelfde geldt ook voor de kosten van energie. Doordat de voedingsindustrie een energie-intensieve sector is, wegen de explosief gestegen energieprijzen zwaar door in de productiekost van voeding en dranken.
Nú maatregelen nemen!
We hopen natuurlijk allemaal dat de wapens in Oekraïne zo snel mogelijk zwijgen, in de eerste plaats omwille van de immense humanitaire impact: zoveel mensen zijn direct of indirect slachtoffer van deze oorlog, die moet stoppen! Intussen merken we dat ook de economische impact steeds verder toeneemt en zich nog heel lang zal doen voelen. Nú is dus het moment om adequate maatregelen te nemen om onze voedingsbedrijven en -keten doorheen deze periode te loodsen. Deze situatie vergt een dringende tussenkomst van de regering!
Dat kan vooreerst door onze bedrijven de nodige flexibiliteit te geven om antwoorden te bieden op de nijpende tekorten aan essentiële grondstoffen. Zorgen voor flexibeler import- en etiketteringsregels kan daarbij zeker helpen, net zoals het verhinderen van logistieke boetes wanneer leveringen niet of niet tijdig kunnen gebeuren. Het lijkt ons ook evident dat we essentiële grondstoffen nu maximaal inzetten voor de productie van voeding en dranken in plaats van die voor andere doeleinden te gebruiken.
Daarnaast roepen we op om, in afwachting van meer structurele maatregelen, zo snel mogelijk de energiekost naar beneden te halen, met een extra inspanning naar de meeste getroffen bedrijven toe. Op al deze domeinen heeft Fevia reeds de nodige voorstellen geformuleerd en aan de beleidsmakers bezorgd.
Oproep naar afnemers en beleidsmakers
In de huidige omstandigheden kunnen onze afnemers - in het bijzonder de grootwarenhuisketens, die grotendeels de consumentenprijzen bepalen en zelf nauwelijks hebben afgezien van de coronacrisis - onmogelijk de terechte vragen van voedingsbedrijven negeren om noodzakelijke prijsverhogingen in aanmerking te nemen. Dit nu nog naast zich neerleggen, zou neerkomen op schuldig verzuim. Dat voeding en dranken dit jaar amper 3 à 4% duurder zijn geworden, is onrealistisch in vergelijking met de vele extra kosten voor producenten in de agrovoedingsketen. Het systeem van jaarcontracten mag geen reden zijn om alle kosten op onze producenten af te wentelen.
Het is alvast positief dat we vandaag in het ketenoverleg tot een gemeenschappelijke verklaring zijn gekomen die mooi bij onze vragen aansluit, ook inzake het billijk verdelen van de impact van de kostenexplosies over de keten, waarbij ook de consument een deel van de kostenstijging zal moeten opvangen. Hopelijk wordt dit nu ook correct vertaald en toegepast op het terrein.
Een duidelijk signaal van de beleidsmakers om erop aan te dringen dat de contracten nu eindelijk aan de sterk gestegen kosten worden aangepast, kan onze gezamenlijke oproep alleen ondersteunen. Het is bovendien belangrijk om in de contracten en de regelgeving de nodige hefbomen en waarborgen te voorzien om dit soort toestanden naar de toekomst te voorkomen. De toekomst van onze Belgische agrovoedingsketen hangt ervan af.
Tenslotte roepen we onze beleidsmakers op om onze bedrijven nu de nodige stabiliteit en een adempauze te bezorgen. Extra lasten, kosten en verplichtingen kunnen er voor onze bedrijven echt niet meer bij. Een time-out moet een knock-out voor vele ondernemingen voorkomen.
Deze crisis is een stress test voor de hele voedingsketen. Dit is geen moment om elkaar de duvel aan te doen, wel om elkaar te ondersteunen en te helpen waar het kan, in ieders belang. In deze uiterst moeilijke omstandigheden komen we er alleen samen doorheen!
|
|
|
|