Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 27 jan 2022 14:30 

Vlaams strategisch plan in het kader van het GLB


Vraag om uitleg over het Vlaams strategisch plan in het kader van het gemeenschappelijk landbouwbeleid van Chris Steenwegen aan minister Hilde Crevits

De voorzitter

– Een aantal sprekers nemen mogelijk deel via videoconferentie.

De heer Steenwegen heeft het woord.

Chris Steenwegen (Groen)

De vraag dateert al van een paar weken geleden. De deadline voor de lidstaten om een eerste versie van hun strategisch plan voor het nieuwe gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB) in te dienen, is op 31 december verlopen. Om het nieuwe GLB in 2023 volledig van start te laten gaan is het van belang dat de strategische plannen zo snel mogelijk worden ingediend. Ook onze Vlaamse boeren zitten hierop te wachten. Ondertussen weten we dat een derde van de lidstaten deze deadline heeft gemist. Ook België zit tussen de landen die de deadline niet hebben gehaald. Op 1 december 2021 gaf u op een eerdere vraag van mij hierover aan dat u zo snel mogelijk met dit dossier vooruit wilde gaan, aangezien het van groot belang is voor onze boeren, maar dat de timing krap zou zijn.

België is de enige lidstaat waar niet de lidstaat maar wel de aparte regio’s een eigen strategisch plan mogen opmaken. Dat zou het gemakkelijker gemaakt moeten hebben. Ondertussen is het openbaar onderzoek rond het plan-MER (milieueffectrapport) gestart, maar ik wil toch mijn vragen stellen.

Hoe komt het dat België niet op tijd was met het doorsturen van de strategische plannen van zijn regio’s? Hoever staat Vlaanderen in de opmaak van zijn strategisch plan? De commissie vraagt om de plannen zo snel mogelijk door te sturen. Welke timing schuift u zelf naar voren? Hoe ziet u het verdere proces dat doorlopen moeten worden eruit?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

Collega Steenwegen, tot op vandaag heeft noch het Vlaamse noch het Waalse Gewest officieel een plan ingediend. Een heel aantal lidstaten hebben hun ontwerp-strategische plannen nog eind december 2021 ingediend bij de Europese Commissie. Die plannen waren nog helemaal niet af. Wij kozen er in Vlaanderen voor om het interne proces bij ons eerst volledig te doorlopen, inclusief openbaar onderzoek, zodat we met een finaal plan naar de Europese Commissie kunnen. Bij heel wat lidstaten is er de keuze gemaakt om het ontwerp van plan reeds in te dienen vooraleer het openbaar onderzoek in de lidstaat doorlopen is. Mijn diensten hebben contacten gelegd met de Europese Commissie om te zien of we dat beter ook doen. Samen met hen bekijken we wat de opties zijn om reeds informeel ons ontwerp van plan met hen te bespreken zodat we in het verdere traject van het proces reeds rekening kunnen houden met hun eerste opmerkingen. Ons onderzoek is op 14 januari gestart en loopt tot 14 maart. Het is de bedoeling dat na afloop van het openbaar onderzoek er politiek gevalideerd wordt en dan ingediend bij de Europese Commissie. Omdat zoveel lidstaten het anders doen, bekijken we of het beter is om het al infomeel te bezorgen zonder dat het definitief afgeklopt is.

Alle strategische plannen moeten vóór 1 januari 2023 worden goedgekeurd, zo niet dreigen middelen van de eerste pijler voor 2023 verloren te gaan, waardoor geen rechtstreekse betalingen aan de landbouwers in 2023 gegeven kunnen worden. Na indiening heeft de Europese Commissie zes maanden om het plan goed te keuren. Hiernaast moet wel nog tijd voorzien worden voor het beantwoorden of weerleggen van vragen. In de maanden na indiening kunnen de betrokken administraties dan ook werk beginnen te maken van de benodigde secundaire wetgeving.

Ik hoop dus, collega’s, dat ik jullie wat uitleg gegeven heb over waarom we de keuze gemaakt hebben om pas na het openbaar onderzoek in te dienen, tot we zagen dat zoveel lidstaten rap-rap ingediend hebben zonder openbaar onderzoek. Dat is de reden waarom we nu informeel overleggen met de Commissie, om al rekening te kunnen houden met hun opmerkingen.

De voorzitter

De heer Steenwegen heeft het woord.

Chris Steenwegen (Groen)

Dank u wel, minister. Ik denk dat het voor veel lidstaten wat moeilijk is, ook gezien het uitstel dat gekomen is en de onduidelijkheid die lang gebleven is op Europees niveau in verband met wat er nu precies beslist zou worden op Europees vlak en de vertaling die daarop moest aansluiten.

Maar als ik nu naar de documenten kijk die voorliggen, denk ik dat de reden waarom we vertraging hebben opgelopen ook te maken heeft met het ontwerp-MER, de kennisgeving die gemaakt is en die eigenlijk veel kritiek heeft gekregen. Er zit een document bij met de richtlijnen van de MER-cel van het Departement Omgeving. Als ik naar de opmerkingen op dat ontwerp-MER kijk, zijn die toch enorm veelvuldig en ook vrij grondig en ingrijpend op wat voorlag. Ik kan mij niet van de indruk ontdoen dat dat een van de redenen is waarom we wat vertraging hebben opgelopen. Als ik zie wat daar staat – het is een vrij uitgebreid document –, staan er toch heel veel concrete dingen in. Eigenlijk zegt men dat er meer beleidsplannen gekoppeld moeten worden en dat de kwalitatieve en kwantitatieve beoordeling van de maatregelen zoals die nu is opgenomen, eigenlijk niet veel zegt en een beperkte meerwaarde heeft – dat zijn die 36 fiches. In verband met mijn vraag naar kwantitatieve gegevens die er nu amper in staan, zegt men dat het een positieve bijdrage zal hebben, maar niets wordt gekwantificeerd. Ook voor biodiversiteit vraagt men kwantificatie. Wat de disciplines, specifiek klimaat, betreft, is er een aangescherpte klimaatdoelstelling op Europees vlak waarnaar gekeken moet worden. Maar ook rond bodem, rond water en rond biodiversiteit zijn er heel veel vrij duidelijke instructies en richtlijnen die vanuit de MER-cel van het Departement Omgeving gegeven worden. Het verwondert mij ook wel wat dat een MER, dat toch opgemaakt wordt door MER-deskundigen, blijkbaar op zoveel vlakken onvoldoende is geweest om van een deftig ontwerp-MER te spreken.

Wat de timing betreft, viel het mij ook op dat de MER-cel uitdrukkelijk vraagt – u zei daarnet dat we het stikstofdossier later zullen bespreken – om ook het strategisch plan af te stemmen op een PAS-regeling (Programmatische Aanpak Stikstof). Misschien is dat mijn bijkomende vraag: hoe ziet u de afstemming tussen het strategisch plan GLB en een PAS-regeling, waar we nu al een hele tijd op zitten te wachten?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

De opmerkingen waar u naar verwees, gingen over de kennisgevingsprocedure. Bij de opmaak van het MER is er dus absoluut rekening gehouden met de feedback van dit stukje van de procedure. Er is ook diverse keren overleg geweest tussen het Departement Landbouw en de MER-cel om de feedback te bespreken. Vervolgens heeft de MER-cel groen licht gegeven om het openbaar onderzoek op te starten. Dat is dus eigenlijk perfect in overleg gelopen, zoals het hoort. Ik heb natuurlijk de pen niet vastgehouden van dat eerste ontwerp, maar in elk geval is er nu groen licht gegeven om daarmee in openbaar onderzoek te gaan.

De PAS staat uiteraard op zichzelf, maar er zijn ook linken. Ik geef een voorbeeldje: het investeringsbeleid AEA-stallen (ammoniak-emissiearm) of de ecoregelingen verminderde bemesting. Als je zulke maatregelen neemt, moet dat mee opgenomen worden in het GLB. U zult in de ontwerpteksten ook opmerken dat rond de investeringssteun die we geven ook een aantal zaken opgenomen zijn. De twee kunnen ook perfect met elkaar sporen. Ik heb u de timing meegegeven. We werken voort aan een akkoord. Het is natuurlijk ook de bedoeling dat we maximaal Europese middelen gaan inzetten om het investeringsbeleid ook betere effecten te laten hebben richting stikstofimpact.

De voorzitter

De heer Steenwegen heeft het woord.

Chris Steenwegen (Groen)

Dank u wel, minister, voor uw antwoord. We weten dat dit dossier nog wel een paar keer zal terugkomen. We hebben naar aanleiding van een vorige vraag van mij hier in de commissie ook afgesproken om rond dat strategisch plan zeker nog verdere gesprekken te hebben. Voor ons is het heel belangrijk. U weet dat wij kritisch waren voor het GLB op Europees vlak, dat wij vonden dat dat eigenlijk niet ver genoeg ging en dat we denken dat dat ook niet spoort met de Green Deal en de Farm-to-Forkstrategie op Europees niveau. Wij pleiten er dus heel sterk voor om onze landbouwers toch vooruit te helpen door hier opportuniteiten te zoeken om onze landbouw veel meer in lijn te brengen met die Europese doelstellingen.

Dus bedankt voor uw antwoord, we komen hier later zeker nog op terug. 

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.

 


  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer