Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 21 sep 2021 14:59 

Actieplan om vacatures in de horeca in te vullen


Vraag om uitleg over het actieplan om vacatures in de horeca in te vullen
van Tom Ongena aan minister Hilde Crevits

De voorzitter

– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.

De heer Ongena heeft het woord.

Tom Ongena (Open Vld)

Van de ruimte keren we terug naar de aarde. Als je hier op aarde rondloopt, vooral in onze Vlaamse steden en gemeenten, kun je er niet naast kijken: waar je vroeger bij het passeren van horecazaken enkel een bord met suggesties zag, zie je vandaag enkel een bord met daarop ‘helpende handen gezocht’. Dat is heel opvallend, zeker wanneer je erop begint te letten. In quasi elke horecazaak is men op zoek naar helpende handen. Dat blijkt ook uit de cijfers van Horeca Vlaanderen: drie op de vier ondernemers in de horecasector is, soms wanhopig, op zoek naar werkkrachten. 52 procent zou overwegen om dan maar een extra rustdag in te bouwen. Dat is natuurlijk goed voor die mensen maar minder goed voor de omzet en voor de leefbaarheid van de sector. Dat is dus een schrijnend probleem.

U weet dat, minister, u hebt oren gehad naar die noodkreet. U hebt aangekondigd dat u extra inspanningen zult leveren en extra budgetten zult vrijmaken, vooral op het vlak van extra horecaopleidingen, om mensen in de richting van een job in de horeca te leiden. Op zich is dat een goede zaak. We moeten er natuurlijk voor zorgen dat de mensen die die opleiding hebben gevolgd ook effectief doorstromen en effectief een vacature invullen in de horecasector.

Minister, ik heb met veel aandacht uw communicatie daarover van eind vorige maand gelezen. Daarbij kwamen enkele vragen bij mij op, die ik bij dezen dan ook graag aan u voorleg.

Wat is de stand van zaken in het opzetten van die extra opleidingen voor de horeca? Dat is iets waarmee u trouwens in het voorjaar al gestart bent.

U had het over een bus die mobiele opleidingen zou verzorgen. Welk aandeel aan extra opleidingen wordt van die mobiele bus verwacht?

Welk precies budget wordt er voorzien voor deze extra opleidingen? Hoe wordt dat budget verdeeld? Komen ook private partners in aanmerking voor het aanbieden van die opleidingen?

Ik heb ook nog twee vragen over de doorstroming. Welke concrete opvolging zal VDAB geven aan werkzoekenden nadat ze hun opleiding beëindigd hebben om hen effectief te laten doorstromen naar een job in de horeca? Denkt u dat er nood is aan een aanvullend actieplan om werken in de horeca voldoende aantrekkelijk te maken?

Vaak is er ook wel een drempel voor mensen om daar te gaan werken: de onregelmatige uren, het avond-, nacht- en weekendwerk. Kunt u iets doen om die job aantrekkelijker te maken? Kunt u VDAB een tandje laten bij steken in het activeren van werkzoekenden die in aanmerking komen voor een job in de horeca?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

Dank u wel, collega. VDAB heeft zeker heel veel tanden nodig op dit ogenblik en volgens sommigen moet ze er op veel plaatsen nog eentje bij steken. Er is heel veel overleg. Er is ook heel veel engagement bij de medewerkers om het beste van zichzelf te geven. Ik wil hen daarvoor bedanken. Andere collega’s hebben ook al tussenkomsten gehouden over wat VDAB allemaal gepresteerd heeft op het vlak van corona, digitale opleidingen enzovoort. Corona is nog niet helemaal voorbij, maar toch komt de krapte op de arbeidsmarkt er alweer aan. Dat stelt VDAB alweer voor de uitdagingen die er ook al waren voor de crisis.

De zoektocht naar helpende handen in de horeca is een complex probleem. We hebben een concreet actieplan opgesteld, dat in maart in deze commissie aan jullie werd voorgesteld. Ik heb zelf onlangs overigens met eigen ogen kunnen vaststellen hoe bij een bedrijf in Gullegem – dat ligt dicht bij Kortrijk, voor de niet West-Vlamingen – een souschef werd opgeleid tot industrieel isolateur. Dat is dus een enorme carrièreswitch naar aanleiding van de coronacrisis voor een man die zocht naar jobzekerheid. Je kunt hem dat natuurlijk niet kwalijk nemen.

Het horecaplan werd opgesteld met de sociale partners, HorecaForma, VDAB en de Syntra’s, en bestaat uit tien acties. De brede erkenning van opleidingen door VDAB bovenop de bestaande capaciteit maakt hiervan een onderdeel uit. We hebben een aantal goede afspraken gemaakt. Het opleidingsaanbod is gepubliceerd in de opleidingengids van VDAB en de rekrutering loopt. ‘As we speak’, nu, op dit ogenblik, vinden er opleidingssessies plaats om geschikte werkzoekenden hier effectief naartoe te leiden. Dat is geen eenvoudige zaak, omdat er voor heel wat opleidingen, zoals voor kelner, hulpkok of kok, toch al wat kennis, vaardigheden of soft skills gevraagd worden. Je moet met mensen kunnen omgaan, als je in de horeca werkt. Het blijven dus opleidingen waarvoor toch een zekere basishouding noodzakelijk is.

Wat de horecatruck betreft, is het vooronderzoek bijna afgerond. Er wordt dan een gunningsprocedure opgestart. We zijn met HorecaForma aan het bespreken welke opleidingen daar georganiseerd kunnen worden. Wat mij betreft, had die truck er al lang moeten zijn, maar we moeten daarvoor de aanbestedingsregels volgen. Die komt er dus wel aan.

De bijkomende opleidingen bestaan uit een heel breed aanbod aan horecatrajecten, gaande van vacaturegerichte trajecten tot vacatures in samenwerking met de sector en erkenningen van Syntra- en onderwijstrajecten. De gemiddelde standaardkost van een horecaopleiding bedraagt ongeveer 3000 euro per cursist. Het bijkomend budget voor de 440 extra klanten in opleiding bedraagt dus 1.320.000 euro, waarmee dan alle voorziene trajecten ingevuld worden. 88 procent van de opleidingen wordt gegeven door de partners: de centra voor volwassenenonderwijs (CVO) en Syntra’s. 12 procent van de opleidingen zit bij VDAB, in samenwerking met de sector. Na afloop van de opleidingen is er gedurende 3 maanden nazorg voorzien, bestaande uit bemiddeling bij vacatures en sollicitatieondersteuning.

Dan is er nog het grote probleem inzake het verhogen van de aantrekkelijkheid van werken in de sector. In het actieplan werd dit ook al opgenomen. Zo heeft VDAB in juli en augustus een campagne gevoerd naar werkgevers en werkzoekenden onder de titel ‘goe volk gezocht’ waarbij onder andere de individuele beroepsopleiding (IBO) extra in de kijker werd gezet. HorecaForma heeft ook een campagne opgezet voor leerlingen en ouders via de scholen.

Het is uiteraard wel zo dat de arbeidsmarktreserve aan werkzoekenden die matchbaar zijn met vacatures en die snel bemiddeld kunnen worden naar een horecajob alsmaar krapper wordt. Om de vele vacatures ingevuld te krijgen, zal blijvende aandacht voor het aantrekkelijk maken van het beroep en voor het imago van de sector essentieel zijn. Hier heeft de sector zelf ook een heel belangrijke rol te vervullen.

Met de sector is trouwens afgesproken dat we het actieplan grondig opvolgen en monitoren om na te gaan of wat we doen ook effect heeft. Dit plan is dus niet in steen gebeiteld, collega Ongena, we kunnen het zeer snel bijsturen. Ik heb gezien dat er een heel groot engagement is bij de mensen van VDAB en HorecaForma om onze bloeiende horeca niet te ‘kwisten’, zoals men zegt in West-Vlaanderen.

De voorzitter

De heer Ongena heeft het woord.

Tom Ongena (Open Vld)

Dank u wel, minister, voor de uitgebreide toelichting.  Ik ben blij dat het plan niet in steen gebeiteld is en dat alles goed gemonitord wordt. Dat zal nodig zijn, denk ik. Er zijn 3000 openstaande vacatures. Er is nu het engagement om een 1000-tal opleidingen te geven tegen het einde van het jaar. We zullen zien of dat lukt, maar vooral ook of die doorstroom er komt. Die opleiding is natuurlijk belangrijk, maar we moeten er vooral voor zorgen dat dit resulteert in het invullen van die 3000 vacatures. Dan denk ik dat het toch cruciaal is dat VDAB goed kijkt naar haar huidig ‘aanbod aan werkzoekenden’ – de ongeveer 200.000 werkzoekenden die er vandaag in Vlaanderen zijn. Ik denk dat er met wat inspanning toch een 3000-tal mensen uit moet kunnen worden gerekruteerd. Ik hoop dus, samen met u, dat er inderdaad voldoende druk wordt uitgeoefend door de consulenten van VDAB op de werkzoekenden.

De horeca is natuurlijk ook een sector die leeft van gelegenheidsarbeid. Flexi-jobs zijn er zeer belangrijk. Ik vroeg me af of u daarvoor plannen hebt, of dit ook werd opgenomen in het actieplan. Dat is misschien iets dat we nog moeten doen: mensen die vandaag deeltijds werken of gepensioneerd zijn in aanmerking laten komen voor een flexi-job en hen op een of andere manier, bijvoorbeeld via een campagne, aanmoedigen om die helpende handen te leveren. Hebt u ideeën om gelegenheidsmedewerkers te overtuigen om daar aan de slag te gaan?

Robrecht Bothuyne (CD&V)

Ik wil hier kort bij aansluiten. Dit is een heel terechte vraag en bekommernis, die we allemaal delen. De horeca ligt ons na aan het hart. In mijn eigen dorp is op dit moment een succesvol restaurant gesloten bij gebrek aan personeel. Dat moet uiteraard worden vermeden. Misschien is er een kanaal dat we wat meer kunnen gebruiken om te zorgen voor die instroom, namelijk duaal leren. Er zijn al wel wat opleidingen, zowel in de leertijd als in het duaal leren, die jonge mensen snel kunnen opleiden en begeleiden in de richting van een job in de horeca. Misschien biedt de huidige krapte een opportuniteit om het duaal leren een boost te geven. Kan daar extra werk van gemaakt worden?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

Dank u wel, collega’s, voor alle aanvullende opmerkingen. Ik wil vooral, collega Ongena, dat de opleidingen ingevuld raken. Daarom hebben we die ook onder de aandacht gebracht van Matthias De Caluwe. We willen laten zien dat de horeca jobs biedt waarin men kan doorgroeien. Flexi-jobs werden niet meegenomen in het plan. Die kunnen door de sector zelf wel aangemoedigd worden. Via VDAB kan men wel zoeken naar zulke vacatures. Wat mij betreft is dat zeker een optie.

We hebben eigenlijk vooral een opening gemaakt voor een heel structurele samenwerking met de uitzendsector, omdat die natuurlijk heel belangrijk is om mensen de sprong te laten maken naar de horeca. De eerste cijfers over het duaal leren krijgen we normaal gezien eind oktober. Men is hier op het terrein op alle fronten mee aan de slag.

De voorzitter

De heer Ongena heeft het woord. 

Tom Ongena (Open Vld)

Dank u wel, minister. Het VESOC-akkoord (Vlaams Economisch Sociaal Overlegcomité) draagt de naam ‘Alle hens aan dek’. Ik denk dat de problemen in de horeca momenteel zeer nijpend zijn. Daarom kijk ik in de richting van flexi-jobs, want elke helpende hand, onder welk statuut ook, is welkom.

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.

 


  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer