Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 11 jun 2021 08:55 

Nieuw instrument voor innovatiesteun


Vraag om uitleg over een nieuw instrument voor innovatiesteun van Maurits Vande Reyde aan minister Hilde Crevits

De voorzitter

– Wegens de coronamaatregelen werd deze vraag om uitleg via videoconferentie behandeld.

De heer Vande Reyde heeft het woord.

Maurits Vande Reyde (Open Vld)

Ja, ik ga het echt héél kort houden. Er is op de website van Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) een bericht verschenen dat er vanaf mei een nieuwe innovatiesubsidie kan worden aangevraagd, en die kan ingezet worden om haalbaarheidsstudies te laten doen. Dus eigenlijk om te onderzoeken of een innovatieproject haalbaar is. Ik was niet op de hoogte van de plannen daarvoor – dat kan gebeuren – maar ik vroeg me eigenlijk af vanwaar die subsidie komt, wat het budget en de financiering daarvan is. En een beetje daaraan gerelateerd: we hebben in het verleden een hele oefening gedaan om een aantal subsidies te vereenvoudigen. Nu zijn er op relatief korte tijd twee nieuwe subsidies ontstaan.

Houdt dat niet het gevaar in, of het risico, dat je door de bomen het bos niet meer kan zien? 

Een bijkomende vraag gaat over iets dat ik heb gezien in een schriftelijke vraag van collega Bothuyne, die we uiteraard op de voet volgen. Hij vroeg naar de oproep voor innovatieve starterssteun. Daar zouden 111 aanmeldingen voor geweest zijn, waarvan er 80 geselecteerd werden. Ik denk dat die ongeveer tegen mei moesten ingediend worden. Wat is hiervan de stand van zaken, en kan naar aanleiding van die aanmeldingen gezegd worden dat de innovatieve starterssteun een goed instrument is, of is het daarvoor nog te vroeg?

De voorzitter

Dank u wel. Ik ben blij dat toch iemand de antwoorden op mijn schriftelijke vragen leest.

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

Voorzitter toch! Wij lezen ze ook allemaal, ikzelf ook. Het is maar dat u het weet, want er gaat hier niets buiten dat ik niet zelf gezien heb.

Collega Vande Reyde, bedankt voor uw vraag over innovatieve starters en de haalbaarheidsstudies.

Die haalbaarheidsstudie moeten helpen om onzekerheden te onderzoeken en te evalueren. Een belangrijk verschil met de vroegere kmo-haalbaarheidsstudies is de focus op het vervolgtraject. Binnen de nieuwe haalbaarheidsstudies moeten bedrijven en consortia een vervolgtraject ambiëren, idealiter met een verderzetting binnen de andere innovatiesteunkanalen waar men dankzij de studie een beter zicht heeft op de haalbaarheid.

Bij een aantal innovatieactoren zoals de speerpuntclusters bestaat er interesse voor de uitvoering van haalbaarheidsstudies ter voorbereiding van belangrijke innovatietrajecten en ter voorbereiding van belangrijke investeringen voor het realiseren van maatschappelijke transities, bijvoorbeeld in de waterstofeconomie, de circulaire economie, of het milieu. Dit geldt in het bijzonder als deze kaderen in grootschalige of internationale steuninitiatieven, zoals Important Projects Common European Interest (IPCEI), emissions trading scheme (ETS), Horizon, Europees Fonds voor Regionale Ontwikkeling (EFRO).

Uw budgetvraag: het nieuwe instrument zal worden gefinancierd vanuit de reeds bestaande O&O- en clusterbudgetten (onderzoek en ontwikkeling).

Voor het nieuwe instrument ramen we vanuit de middelen van bedrijfsinnovatiesteun jaarlijks 3 miljoen euro nodig te hebben. Voor haalbaarheidsstudies in clustercontext gaan we uit van 3 miljoen euro over de 6 speerpuntclusters heen. Dit komt op het geoormerkt budget van de clusters.

De budgetten zullen op het einde van het kalenderjaar worden geëvalueerd, of wanneer er indicatie is van het bereiken van de voorgestelde limieten. Dit wordt goed opgevolgd door het Beslissingscomité bij het Fonds voor Innoveren en Ondernemen.

Uw derde vraag: in het programma innovatieve starterssteun hebben van de 80 starters uit de preselectie er 75 een steunaanvraag ingediend. Deze worden op dit moment geëvalueerd om zoals voorzien op 8 juli te beslissen welke steun ze krijgen. Dus voorlopig verloopt eigenlijk alles volgens de verwachtingen.

Dan, de vierde vraag: ik begrijp uw bezorgdheid over het aantal instrumenten. Langs de andere kant moeten we ook inspelen op behoeften, en dat proberen we te doen. Beide instrumenten passen binnen de ambitie om de innovatiesteun toegankelijker te maken voor kleine bedrijven.

Ik wil wel herhalen dat het wat de innovatieve starters betreft, over een experimentele groep gaat. De eerste groep is in behandeling en we zullen die grondig evalueren vooraleer we een tweede oproep lanceren. Een onderdeel van die evaluatie zal zeker zijn of er nood is aan een dergelijk specifiek instrument of dat we dat misschien kunnen integreren in bijvoorbeeld de haalbaarheidsstudie. Bijzonder aan die oproep innovatieve starters is dat we ook experimenteren met een zeer laagdrempelige indiening. De starters kunnen hun case via een pitch verdedigen. Innovatieve starters richt zich dus ook naar een zeer specifieke doelgroep. Ik verwacht daar dus niet zoveel verwarring.

Het tweede instrument is de haalbaarheidsstudie. Die is er gekomen op expliciete vraag van de bedrijven. Het is volgens mij niet zozeer het aantal instrumenten dat eventueel voor complexiteit zorgt. Als we de verschillende instrumenten duidelijk afbakenen, daar helder over communiceren en uiteraard de administratieve last beperken, denk ik dat we de complexiteit verder kunnen verminderen, en zeker niet verhogen.

De voorzitter

De heer Vande Reyde heeft het woord.

Maurits Vande Reyde (Open Vld)

Voorzitter, het zou inderdaad een interessante statistiek zijn om te kijken hoeveel keer schriftelijke vragen worden gelezen. Een tijdje geleden was er een doctoraatsstudente die een schriftelijke vraag van mij had zien opduiken in een paper. En die heeft mij dat gemeld. Dus u ziet, het gaat soms de breedste weg uit.

De voorzitter

Er is hoop voor ons allemaal.

Maurits Vande Reyde (Open Vld)

Ik wou nog zeggen dat ik geen bijkomende vragen meer heb en dat ik mij volledig achter de laatste conclusie van de minister schaar. Inspelen op de noden is belangrijk, maar we moeten inderdaad zien dat de complexiteit en de versnippering worden beheerst. Dat was de insteek van de vraag, dus ik ben blij dat we daar wederom op dezelfde lijn zitten.

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.



  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer