Al meer dan 20 jaar gebruikt de VMM automatische metingen voor het registreren van waterstanden in de onbevaarbare waterlopen. Maar de voorbije jaren nam het ‘Internet of Things’ een hoge vlucht. Kleine compacte sensoren in vb. huishoudtoestellen, energiemeters, … worden met het internet verbonden, waardoor de toestellen zelf ‘slim’ worden en met de gegevens aan de slag kunnen. Die snelle evolutie in technologie heeft deuren geopend naar allerlei toepassingen, o.a. ook het meten in waterbeheer.
De nieuwe sensoren van de VMM zullen nu gebruikt worden om bij droge zomers de beschikbare waterhoeveelheden in de beken beter te kunnen inschatten. Ook overstromingen op kritieke locaties zullen we beter kunnen opvolgen. Met deze informatie zullen we nog beter beslissingsnemers kunnen ondersteunen wanneer er lokale of regionale captatieverboden moeten ingesteld worden.
Hoe werkt het?
Zodra de meetpeilmodule is gemonteerd start het toestel op en komen de metingen ter beschikking op het www.waterinfo.be dataplatform. De meetgegevens worden, zoals alle data op het platform, ook als 'open data' via de webservice van waterinfo.be aangeboden voor verder gebruik.De sensoren werken autonoom en kunnen snel en gemakkelijk in gebruik genomen worden. De metingen zijn continu (elke 15 minuten een meting) en van hoge kwaliteit (tot op < 1cm nauwkeurig).
De nieuwe slimme peilmeetmodules kunnen niet alleen op een intelligente manier meten, maar ook communiceren. De volledige installatie zit netjes verpakt in een compacte solide behuizing. Het hele systeem wordt aangestuurd door een micro-controller. Behalve de kwalitatieve peilsensor aansturen, noteert hij ook de tijd, bepaalt hij zijn exacte locatie en volgt hij de batterij op. Allemaal op een zo energiezuinig mogelijke manier. Het systeem werkt volledig op zonne-energie zodat er geen verder onderhoud nodig is.
Samenwerken tegen droogte en overstromingen
Na enkele geslaagde testen werden nu 50 van deze sensoren gebouwd in een samenwerking tussen VMM en de 5 Vlaamse provincies. Ze zullen gebruikt worden om de beschikbare waterhoeveelheden in de beken beter in te schatten in de droge zomers of kritieke locaties voor overstromingen op te volgen. Bijkomende informatie kan helpen in het nemen van beslissingen in het waterbeheer zoals bijvoorbeeld het instellen van lokale of regionale captatieverboden.