Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 10 dec 2020 05:26 

De weerbaarheid van de cafés en restaurants in de coronacrisis


Actuele vraag over de weerbaarheid van de cafés en restaurants in de coronacrisis van Maaike De Vreese aan minister Hilde Crevits

De voorzitter

Mevrouw De Vreese heeft het woord.

Maaike De Vreese (N-VA)

Voorzitter, uit een studie van Graydon in de provincie Antwerpen blijkt dat bijna de helft van de cafés en restaurants die voor de coronacrisis gezond waren, ondanks de steunmaatregelen nu in zware financiële moeilijkheden komen. Uit de studie blijkt dat de steunmaatregelen wel degelijk een enorme positieve impact hebben. Tot nu toe zijn er weinig faillissementen, maar dit is natuurlijk vanwege de federale maatregel dat de rechtbanken tot eind januari 2021 geen faillissementen uitspreken. We houden ons hart vast, want na afloop van die maatregel zullen er veel faillissementen volgen.

Graydon doet vier voorstellen voor de horeca, maar ze gaan eigenlijk veel breder. Ik zal ze even opsommen. Graydon stelt voor het belastinguitstel fiscaal voordelig te maken, investeringen van bedrijven in andere bedrijven te stimuleren en een staatsgarantie te geven aan bedrijven die het waard zijn. Tot slot is er nog de comeback van de notionele interestaftrek. Een aantal van die maatregelen zitten natuurlijk bij de federale overheid, maar wij kunnen nadenken over wat wij nog verder kunnen doen. Hoe kunnen we out-of-the-box denken om de horecasector verder te ondersteunen?

Minister, wat is uw visie hierop? Welke maatregelen kunt u nog nemen om de weerbaarheid van onze cafés en restaurants, die door de coronamaatregelen zeer zwaar zijn getroffen, te versterken?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

Voorzitter, eigenlijk is het zo dat we in dergelijke situaties, waarin de cafés en restaurants nog altijd gesloten blijven, in een aantal fases moeten werken. De eerste fase is de EHBO-fase. We stutten en zorgen ervoor dat bedrijven die haast geen activiteiten meer kunnen hebben in leven blijven. De Vlaamse Regering heeft in dit verband volop keuzes gemaakt en volop geïnvesteerd. Ik geef een interessant cijfer. Tot nu toe hebben we onze cafés en restaurants meer dan 360 miljoen euro aan premies en ondersteuning uitbetaald. Dat is ongeveer een kwart van de totale uitbetaalde steun. Omdat we ervan overtuigd zijn dat de cafés en restaurants met nieuwjaar nog niet open zullen zijn, zal ik de Vlaamse Regering voorstellen die steun naar volgend jaar door te trekken. We kunnen niet anders dan gedeeltelijk bij te dragen aan de vaste kosten van de zaken die volledig zijn gesloten. Die steun komt naast de federale maatregelen die al zijn genomen.

Zodra we in een volgende fase terechtkomen en er weer activiteit is, ben ik het ermee eens dat we moeten nadenken over een manier om ervoor te zorgen dat zij die voor de crisis sterk en weerbaar waren niet overstag gaan. Dat vraagt een intelligent keuzebeleid in verband met de ondersteuning. Het zal voor Vlaanderen relevant zijn de juiste keuzes te maken. Het zal niet voor iedereen zijn en het zal niet allemaal gelijk zijn. Dat is onmogelijk. Aangezien we een omzetsteun geven, is dat ook nu niet meer het geval. Dit betekent dat we de goede bedrijven met de bestaande instrumenten moeten stutten.

Ik zal met de Federale Regering overleggen en vragen om alles op alles te zetten, niet enkel voor cafés en restaurants, maar globaal voor de ondernemingen die het zwaar te verduren hebben gehad en die voor de crisis structureel gezond waren. We moeten ervoor zorgen dat ze weer productiever kunnen worden en voor werkgelegenheid kunnen zorgen, waardoor ze onze welvaart en onze sociale zekerheid ondersteunen.

Maaike De Vreese (N-VA)

Dat is een indrukwekkend cijfer. We hebben in de studie van Graydon gezien dat de maatregelen zeer specifiek moeten gericht zijn op de bedrijven die voordien gezond waren en nu echt in de moeilijkheden komen.

In het begin is de Vlaamse overheid zeer snel gegaan, wat noodzakelijk was om het vertrouwen van onze ondernemers te winnen. Het Agentschap Innoveren en Ondernemen (VLAIO) heeft sterk werk verricht. Ik wil het VLAIO nog eens bedanken, want ik kom veel in contact met ondernemers en ik heb daar enkel positieve feedback op gekregen.

De Federale Regering zal nu ook wetenschappelijk laten onderzoeken wat de impact is op de verspreiding van het coronavirus bij een heropening van de niet-essentiële contactberoepen. Ik denk dat het voor elke sector nodig is dat we over wetenschappelijke studies beschikken om te bekijken wat de impact is van een heropening.

De voorzitter

De heer Bothuyne heeft het woord.

Robrecht Bothuyne (CD&V)

Om met de essentie te beginnen: ik hoop inderdaad ook dat ook de horeca zo snel mogelijk opnieuw open kan, zeker daar waar dat op een veilige manier kan worden georganiseerd. Ik ondersteun dus de vraag om ook daarover wetenschappelijke informatie te verzamelen, over de manier waarop ook die sector een perspectief kan krijgen om snel open te gaan.

Minister, wat de ondersteuning betreft van horecabedrijven die zijn getroffen door deze crisis, we hebben een arsenaal aan steunmaatregelen. Er zijn er die op korte termijn werken, zoals het beschermingsmechanisme. Ik ben blij dat u aankondigt dat u daar ook na Nieuwjaar in voorziet. We hebben echter ook het Vriendenaandeel, de Winwinlening, de waarborgen en de coronalening via PMV. Dat zijn allemaal financiële instrumenten die voor een stuk inspelen op hetgeen Graydon voorstelt in de kranten en die allicht nog te weinig bekend zijn bij onze horecabedrijven en -ondernemers. Op welke manier kunt u dat brede instrumentarium dat wij hebben, beter bekendmaken bij onze horecabedrijven? Misschien kan dat samen met de federale collega’s, want daar is bijvoorbeeld de verhoogde investeringsaftrek heel relevant.

De voorzitter

De heer D’Haese heeft het woord.

Jos D'Haese (PVDA)

Er wordt bij de aanpak van de coronacrisis heel sterk benadrukt dat we dat virus samen klein moeten krijgen. Als cafés, restaurants, kappers, schoonheidssalons, schoenmakers, nachtwinkels enzovoort daarvoor moeten sluiten en op die manier een gigantische inspanning leveren om dat virus mee klein te krijgen, dan betekent ‘samen tegen corona’ ook dat we die mensen moeten ondersteunen, en dat gebeurt vandaag te weinig. Heel veel mensen zijn bang om kopje-onder te gaan en zijn ondanks de maatregelen die er zijn, bezig hun vaste kosten met hun laatste spaarcenten te betalen. Of die steun nu komt van Vlaanderen of de federale overheid of voor mijn part van Europa, dat maakt die mensen natuurlijk helemaal niks uit. De vraag is: zal die steun nu komen, wanneer ze nodig is? Minister, mijn vraag is dus: zult u dit niet alleen verlengen, maar zult u er ook voor zorgen dat we alles op alles zetten om die bedrijven, die ondernemingen, die zelfstandigen die vandaag kopje-onder dreigen te gaan, boven water te houden?

De voorzitter

De heer Annouri heeft het woord.

Imade Annouri (Groen)

Minister, collega’s, ik denk dat de goudwaarde van de horeca de afgelopen maanden is bewezen. We zien dat de horeca niet enkel economisch een ongelooflijk belangrijke factor is, maar ook een sociale ontmoetingsplaats is: ongelooflijk veel mensen ervaren het als een gemis dat ze geen fijne momenten kunnen delen met hun vrienden, hun buren, met de mensen die ze graag zien. Vaak werd dat gezien als een luxe, als iets softs, maar de essentie daarvan hebben we de afgelopen weken allemaal ontdekt. Ik wou dus nog eens onderstrepen hoe belangrijk die mensen ook zijn in onze samenleving.

Ik vraag me af of het niet mogelijk is om vandaag al samen met de horeca in die voorbereidende maatregelen te voorzien die nodig zullen zijn als men kan heropenen, om die transitie te maken, om zij die sterk zijn, te helpen daar goed door te komen. Worden daar nu stappen in gezet?

Minister, ik voorspel drama’s bij de horecazaken die het niet zullen halen. Ik denk dat het heel moeilijk zal zijn voor heel veel zaken. Op welke manier investeert men nu al om hen te helpen, te begeleiden om zichzelf opnieuw uit te vinden, om de transitie te maken op de arbeidsmarkt? Welke steun wordt daarvoor gegeven?

De voorzitter

Mevrouw Gennez heeft het woord.

Caroline Gennez (sp·a)

Collega’s, ik denk dat ik voor ons allemaal spreek als ik zeg dat we perspectief willen bieden aan de horeca. Een restaurantbezoek, opnieuw op café gaan, dat is van goudwaarde, denk ik. Minister, de beste manier om dat te doen is inderdaad door het virus onder controle te krijgen. Het is niet uw bevoegdheid, maar de Vlaamse Regering zou meer mee kunnen inzetten op contacttracing en op testen en zou op die manier ook perspectief kunnen geven aan de horeca.

Anderzijds steunen we alle maatregelen die u hebt doorgevoerd, maar misschien is er toch nog één heel specifiek perspectief dat aan de cafés moet worden gegeven. Zij gaan vaak gebukt onder moordende brouwerijcontracten. Het is goed dat u samen met de horecafederatie, de federale collega's en de Vlaamse Regering overlegt om de brouwerijcontracten minstens tijdelijk op te schorten, want debiet verzetten, dat kan op dit moment geen enkel café. Het is nodig dat ook die hele grote, zoals de AB InBev’s, in deze crisis hun verantwoordelijkheid nemen.

De voorzitter

De heer Ongena heeft het woord.

Tom Ongena (Open Vld)

We zijn het er allemaal over eens: hoe sneller de horeca terug open kan, hoe beter. We hopen dat we op die manier perspectief kunnen geven aan de sector die waarschijnlijk het zwaarst van allemaal is getroffen. Het gaat natuurlijk niet alleen over de caféuitbater zelf of de restaurateur, het gaat ook over de vele mensen die daar werken. Heel veel mensen zijn tijdelijk werkloos. Gelukkig denken er al velen na over opleidingen.

Ik denk ook aan de flexi-jobbers. Heel veel mensen doen daar een flexi-job en voor hen zijn die inkomsten heel belangrijk. Voor al die mensen hopen we dat de horeca zo snel mogelijk terug opengaat.

In afwachting daarvan is het belangrijk dat de Vlaamse en federale steunmechanismen – er zijn ook heel veel lokale besturen die extra maatregelen hebben genomen – worden verlengd. Minister, is dat hetzelfde steunmechanisme? Wordt het gewoon verlengd zoals het vandaag bestaat of wordt er iets in aangepast?

De voorzitter

Mevrouw Malfroot heeft het woord.

Ilse Malfroot (Vlaams Belang)

De winkels zijn terug open en de heropening van de contactberoepen ligt op de federale onderhandelingstafel. We moeten hier toch de discussie durven voeren over een veilige heropening van de horeca.

Een gelekte nota van het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu (RIVM) in Nederland toont zelfs aan dat het aantal besmettingen zal dalen, wanneer de sector terug opengaat. Brononderzoek daar laat zien dat besmettingen voornamelijk in de thuisomgeving plaatsvinden en niet in de horecaondernemingen, die fors hebben geïnvesteerd om zich aan de coronamaatregelen te houden.

De conclusie is dus dat besmettingen niet te koppelen zijn aan een sector, maar wel aan het plaatsvinden van onveilige contactmomenten. Minister, bent u het ermee eens dat een veilige en snelle heropening van de sector kan worden overwogen, gezien de resultaten van dit wetenschappelijk onderzoek?

Minister Hilde Crevits

Collega Annouri, u had het over het grote belang van onze cafés en restaurants. Mijn papa ligt dezer dagen in het ziekenhuis in een kamer van twee. Naast hem ligt een ex-cafébaas en beiden zijn ze aan het herstellen. Bij de cafébaas kwam een vriend op bezoek die, toen ik daar ook was, een heel emotioneel pleidooi hield bij mij voor de heropening van de cafés. Hij zei: “De plaats waar ik tot leven kom en waar ik mijn vrienden zie, dat is mijn café.”

Op dat moment word je heel hard geconfronteerd met hoe die cafés voor zoveel mensen de plaats zijn waar ze niet eenzaam zijn, waar ze mensen ontmoeten. Dat is het hart van de Vlaming. Dat is de reden waarom iedereen hier kamerbreed vraagt om de cafés en restaurants vooral te steunen en doorheen die moeilijke periode te halen. Van links tot rechts komen dezelfde vragen.

Dit kan tellen als ondersteuning naar de sector. Ik snak er ook naar, naar die cafés en restaurants die terug opengaan. Ik snak er ook naar, naar de contactberoepen die terug hun job kunnen doen. Die mensen vragen de Vlaamse overheid niet om steun te krijgen, ze vragen om te kunnen werken. Zodra dat op een veilige wijze kan, als we daarvan overtuigd zijn, dan moet dat ook kunnen.

Ik was heel blij toen ik de aankondiging hoorde van de premier om dat op wetenschappelijke basis te bekijken. Ik vind dat vanzelfsprekend. Op 18 december is er een Overlegcomité en ik hoop dat we daarvan dan de resultaten kunnen zien.

Ik wil nog eens in herinnering brengen dat we op het ogenblik dat de cafés en restaurants dicht moesten, expliciet geen steen hebben geworpen. We hebben niet gezegd: ‘Jullie zijn de oorzaak van alle problemen.’ We hebben wel gezegd: ‘De contacten tussen de mensen moeten worden beperkt. we moeten vermijden dat mensen met velen samenkomen.’ Uiteraard, als dat een hele tijd duurt, is het maar logisch dat je wetenschappelijke informatie verzamelt over wat de risico's zijn.

Collega Ongena, er wordt vanzelfsprekend samengezeten met de sector om na te gaan op welke wijze ze veilig kan heropenen.

Er zijn trouwens na de eerste golf protocollen gemaakt om cafés veilig te laten opengaan. Idem voor contactberoepen. Sommige mensen waren beledigd en vonden dat de indruk gewekt werd dat ze niet met hygiëne om kunnen gaan, terwijl ze dat wel kunnen. De reden waarom zo zwaar is ingegrepen, was net om contacten te beperken, niet om stenen te werpen. Ik hoop dat alles zeer snel terug open kan, maar dat kan pas als het veilig kan. Spijtig genoeg hebben we vandaag weer gehoord dat de cijfers nog niet echt in positieve richting gaan. Het blijft dus zoeken naar de juiste balans.

Mijnheer Bothuyne, u zegt terecht dat er nog werk aan de winkel is om de steunmaatregelen bekend te maken. Nadat het uitvoeringsbesluit op het vriendenaandeel goedgekeurd is, zullen we een grote mediacampagne voeren om dit bij de mensen te brengen. De beste manier om je spaargeld te investeren, is door een aandeel te kopen in een bevriend bedrijf, in een bedrijf dat je kent. Het kan ook belangrijk zijn ter ondersteuning van bedrijven in de toekomst.

Dat er mogelijkerwijze veel problemen kunnen zijn als we weer opengaan, erken ik. Weet dat de horeca in een normale periode een van de meest faillissementgevoelige sectoren is. We zien gemiddeld 4500 faillissementen op jaarbasis en de horeca neemt daar ongeveer een vijfde van voor zijn rekening. Dat is best wel veel.

Ik heb recent de steun aan Dyzo, die ondernemers in moeilijkheden begeleidt, verhoogd, net om te vermijden dat er faillissementen zouden gebeuren daar waar dat compleet onnodig is. Die begeleiding wordt geïntensifieerd. Als dat nodig is, zullen we dat nog eens doen, het nog intenser maken voor die bedrijven waar er een absolute noodzaak is.

Mevrouw De Vreese, ik denk dat ik op uw tweede vraag heb geantwoord. Ik juich de wetenschappelijke basis toe en ik juich toe dat men het daar nu ook naar zal verleggen. Ik hoop dat we snel witte rook kunnen geven aan de ondernemers die nu nog niet mogen werken. Ik zal de toestand samen met de minister-president zeer zorgzaam evalueren op ons volgend Overlegcomité.

Maaike De Vreese (N-VA)

Ik denk dat we een consensus hebben. We willen op café, we willen op restaurant en we willen naar de kapper. De beste maatregel om te nemen zou zijn dat de cafés en restaurants weer opengaan, maar dat hangt natuurlijk van de cijfers af.

Het hangt echter ook van de wetenschappelijke studies af. Die komen naar mijn goesting vanuit de federale overheid te laat. Sinds maart is de horeca al twee keer gesloten. Maar kijk, beter laat dan nooit: ze komen eraan.

We moeten onze ondernemers echt wel blijven ondersteunen, niet door zomaar met geld te strooien. Neen, zeker vanuit de Vlaamse overheid zullen we dat niet doen. We moeten ‘out of the box’ denken en zeer gerichte en fijnmazige maatregelen nemen. Dan komen we er wel. (Applaus van Karl Vanlouwe)

De voorzitter

De actuele vraag is afgehandeld.



  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer