Akkerbouw
Algemeen
Dieren
Economie
Markten
Mechanisatie
Milieu
Politiek
Tuinbouw
Veehouderij
Voeding
Inloggen
 
 
 
Klik hier om u te registreren en te abonneren
(72,60 euro per jaar)
 
Wachtwoord vergeten
Volgend artikelVolgend Artikel

 08 jul 2020 13:24 

Toenemende wintersterfte bij bijenvolken


Vraag om uitleg over de toenemende wintersterfte bij bijenvolken van Karolien Grosemans aan minister Hilde Crevits

De voorzitter

Mevrouw Grosemans heeft het woord.

Karolien Grosemans (N-VA)

Onlangs verschenen opnieuw de resultaten van de jaarlijkse COLOSS-enquête van Honeybee Valley. Deze enquête bundelde de gegevens van 3119 ingewinterde bijenvolken, verspreid over 369 bijenstanden in Vlaanderen. Uit die cijfers blijkt dat een op de vijf bijenvolken in Vlaanderen de winter niet heeft overleefd. Van alle provincies scoort de provincie Limburg het best met een sterfte van 11,3 procent, wat wordt beschouwd als een normaal sterftecijfer, terwijl de provincie Oost-Vlaanderen helaas bijna 26 procent van zijn bijenpopulatie verloor. Dat is een verdubbeling in vergelijking met vorig jaar.

Gelukkig zijn de cijfers van dit jaar niet zo erg als die van de winter van 2014-2015. Toen overleefde bijna 36 procent van de bijenvolken de winter niet. Netto kunnen we na de winter van dit jaar, rekening houdend met verlies van 20,3 procent van de volken, nog van een lichte aangroei van de bijenpopulatie spreken.

Op zich is dit geen nieuw fenomeen. Al sinds 1983 ligt de wintersterfte rond de 3 procent. De reden hiervoor zou de intrede van de varroamijt zijn. Deze parasiet wordt gezien als mogelijke oorzaak van de wereldwijde bijensterfte en kan in z’n eentje volledige bijenpopulaties uitroeien. Het feit dat de cijfers dit jaar opnieuw significant stijgen, baart de onderzoekers dan ook zorgen.

In Vlaanderen werd naar aanleiding van deze problematiek het Vlaams Bijenteeltprogramma 2017-2019 opgericht. De vooropgestelde doelstellingen van dit programma zijn behaald. Zo werden bijvoorbeeld de mogelijkheden in het beheersen van de varroamijtziekte uitgewerkt om de imkers doorheen de verschillende behandelingstechnieken te gidsen.

U kondigde al aan dat dit programma een vervolg zou krijgen, en sinds 1 augustus 2019 is het Vlaams Bijenteeltprogramma 2020-2022 van start gegaan. Dit nieuwe programma zou focussen op twee luiken: de opleiding van imkers met een bijzondere focus op startende imkers, en de bijengezondheid. De uitvoering van het programma ligt in handen van de vzw Bijenteeltprogramma.

Ik heb enkele vragen hierover, minister. Kunt u een stand van zaken geven van dit project? Op welke manier bouwt dit programma verder op het voorgaande bijenteeltprogramma? De focus ligt voornamelijk op enerzijds de opleiding van imkers en anderzijds op de bijengezondheid. Welke concrete doelstellingen zijn hieraan gekoppeld in het Vlaamse Bijenteeltprogramma 2020-2022 en wat is de huidige stand van zaken hierin? Zijn er naast deze twee luiken nog andere doelstellingen in het Vlaamse Bijenteeltprogramma om de wintersterfte bij bijenvolken verder terug te dringen? Plant u nog bijkomende initiatieven om de stijgende wintersterfte aan te pakken?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

In het huidige bijenteeltprogramma dat loopt van 2020 tot 2022 ligt een belangrijke focus op de imkeropleidingen. Zoals jullie weten, speelt de imker immers een cruciale rol in de strijd tegen wintersterfte door het management van zijn bijenvolken. In eenzelfde streek of gebied zien we dat bij sommige imkers een deel van de bijenvolken het voorjaar niet haalt, terwijl naburige imkers in dezelfde gemeente geen enkele kast zien wegvallen. Dat onderstreept het belang van de combinatie van individuele ervaring en goede praktijken om de destructieve impact van de varroamijt – waarvan ik bij een vorige gelegenheid al eens een foto toonde – te beheersen. Voor buitenstaanders kan het eenvoudig lijken om een bijenkast in de tuin te zetten en ervan uit te gaan dat de bijen vervolgens alle werk zelf doen, maar er komt heel veel bij kijken.

Er zijn momenteel dertien erkende Vlaamse scholingscentra voor imkeropleidingen. We beschikken over een zeer breed en gevarieerd opleidingslandschap. Daarnaast organiseren ook Landwijzer, ZwarteBij.org, het Praktijkcentrum voor Land- en Tuinbouw en het Nationaal Agrarisch Centrum (NAC) opleidingen voor imkers.

Binnen het Praktijkcentrum Bijen werd onlangs een werkgroep Imkeropleidingen opgestart, waarvan de startvergadering op 18 juni heeft plaatsgevonden. Die werkgroep evalueert en herbekijkt de bestaande imkeropleidingen en -cursussen, zowel op het vlak van inhoud als timing.

Een ander belangrijk luik dat aan bod komt binnen het nieuwe Vlaamse bijenteeltprogramma, is de selectie naar gezonde bijengenetica. Een veelgeteeld bijenras in Vlaanderen is de soort carnica. Dat is een raszuivere bijenstam van vredelievende en niet-agressieve bijen, op voorwaarde dat je ze met rust laat. Dat is natuurlijk een sterke troef in ons dichtbevolkte Vlaanderen. Maar de keerzijde is dat ze minder robuust of resistent zijn tegen externe bedreigingen zoals ziektes of parasieten. Via genetische selectie kan worden getracht om bepaalde positieve eigenschappen in de populatie te krijgen of minder goede eigenschappen te elimineren.

Op het vlak van de genetica zijn dus heel wat consortia actief, onder meer Honeybee Valley – een zeer romantische naam – verbonden aan de Universiteit Gent en de KU Leuven die samen met het Vlaams Bijeninstituut hieraan werkt.

Er zijn heel wat bijkomende initiatieven gepland, waarbij we vooral kijken naar de problematiek van de Aziatische hoornaar, waarvan ik u ook al bij een vorige gelegenheid een foto toonde. De Aziatische hoornaar heeft vanuit Frankrijk zijn weg naar onze bijenbestanden gevonden. We hebben het al uitgebreid gehad over het feit dat we die soort echt moeten monitoren en bestrijden en hiervoor het nodige budget voorzien. Die exoot is namelijk niet alleen een gevaar voor onze bijenvolken, maar houdt ook reële risico’s in voor de burgers. Zoals ik beloofd heb, wordt hiervoor een professionele aanpak uitgewerkt.

Het Bijeninstituut werd bereid gevonden om cursussen en opleidingen te organiseren voor de professionele verdelgers. U vroeg naar bijkomende initiatieven. Dat is dus het project gericht op de bestrijding van de Aziatische hoornaar. 

Er is een groep met de welluidende naam Vespa-Watch, van waaruit de opsporing en de verdelging van de nesten wordt gecoördineerd. Wij bekijken samen collega Demir hoe we dat verder kunnen aanpakken.

Zoals ik al zei, is het mijn voorgangster, collega Schauvliege, die heel wat gedaan heeft om een bijenprogramma in de steigers te zetten, en gelukkig maar.

De voorzitter

Mevrouw Grosemans heeft het woord.

Karolien Grosemans (N-VA)

Bedankt, minister. Ik heb hier al een aantal keren vragen gesteld over de problematiek van de bijensterfte en de varroamijt. U geeft telkens een heel uitgebreid antwoord. Ik weet dat die problematiek u ook nauw aan het hart ligt. Het is ook niet onbelangrijk voor de bestuivingsdiensten, die er toch een enorme impact op hebben. Daarom wil ik het thema graag op de kaart houden, omdat er een nieuwe stijging is die ons zorgen baart.

Ik heb nog een bijkomende vraag, maar als u er niet op kunt antwoorden, zal ik ze schriftelijk indienen. De Europese Commissie heeft, op basis van de ingediende nationale honingprogramma’s, vorig jaar besloten dat de bijenhouderij in de Europese Unie de komende drie jaar financiële steun zal ontvangen om de honingbijsterfte beter te monitoren en om onderzoek te kunnen voeren naar het voorkomen en herkennen van nieuwe bedreigingen. Hoe staat het met die financiële steun? Hoeveel middelen heeft Vlaanderen ontvangen vanuit dat programma?

De voorzitter

De heer Steenwegen heeft het woord.

Chris Steenwegen (Groen)

Bedankt, minister. Ook bedankt voor de vraag, collega Grosemans, want bijen zijn inderdaad belangrijk als bestuivers, en we weten dat het er niet goed mee gaat. De vraag gaat hier wel specifiek over honingbijen en de bijenvolkeren, die specifiek worden ingezet. U weet dat er daarnaast ook heel veel solitaire bijen zijn, en ook andere insecten, die bestuivers zijn. We maken ons allemaal zorgen over het feit dat het ook niet goed gaat met insecten in het algemeen, en bijen en andere bestuivers in het bijzonder. Ik wou dat gewoon even toevoegen aan de vraag. De problematiek van bestuiving is ruimer dan alleen maar de bijenvolkeren en de honingbijen die we kweken. Het gaat ook heel sterk over alle andere solitaire insecten, bijen en bestuivers, die we ook nodig hebben om onze noodzakelijke bestuiving te krijgen in onze landbouwteelten. Ik weet dat dat niet de vraag is, maar ik wou het gewoon even toevoegen, om erop te wijzen dat het een veel ruimere problematiek is die echt onze aandacht verdient.

De voorzitter

De heer Coenegrachts heeft het woord.

Steven Coenegrachts (Open Vld)

Bedankt voor het antwoord, minister. We hebben het inderdaad eerder al uitgebreid gehad over de Aziatische hoornaar en het belang van bijen. Ik sluit me ook aan bij de opmerkingen van collega’s Grosemans en Steenwegen. Ik ga niet alles herhalen.

Ik heb twee bijkomende vraagjes. Er is een actieplan honingbijen. Dat is zeer belangrijk. Maar ook op federaal niveau wordt er werk gemaakt van een actieplan. Is daar enig overleg? Is er coördinatie? Klikt dat allemaal in elkaar?

Tussen 31 mei en 7 juni was het de Week van de Bij. Is die uitgesteld door corona? Komt dat op een ander moment terug? Hebben we dat anders aangepakt of georganiseerd, om de bewustwording bij de bevolking toch blijvend te stimuleren?

De voorzitter

Minister Crevits heeft het woord.

Minister Hilde Crevits

Dank u wel, collega’s, ook voor de aandacht voor de problematiek. Collega Grosemans het bijenteeltprogramma maakt deel uit van het gemeenschappelijk landbouwbeleid (GLB). Het plan voor 2020-2022 is vorig jaar goedgekeurd door de Europese Commissie. Er is een budget voorzien van 450.000 euro voor de drie jaar samen. Dat is wat nu is goedgekeurd.

Collega Steenwegen, uw aanvulling is heel terecht. De problematiek gaat inderdaad breder dan de bijen. Ook heel veel andere insecten zijn hiervoor van belang. Anderzijds zien we dat maatregelen die goed zijn voor de honingbijen, vaak ook goed zijn voor wilde bijen en andere insecten. Maar men mag het zeker niet daartoe beperken, daar hebt u absoluut een punt.

Collega Coenegrachts, er is afstemming tussen de federale en de Vlaamse fracties op het vlak van bijen. De Week van de Bij is trouwens een initiatief vanuit het beleidsdomein Omgeving. Ik zal dat even navragen bij collega Demir. Ik vermoed dat wat u zelf als reden aanhaalde, ook wel de effectieve reden zal zijn. Maar ik bekijk dat dus even met mijn collega.

De voorzitter

Mevrouw Grosemans heeft het woord.

Karolien Grosemans (N-VA)

Minister, bedankt voor de bijkomende toelichting. Ik heb geen verdere vragen. Ik zal dat hier in de commissie zeker verder opvolgen.

De voorzitter

De vraag om uitleg is afgehandeld.



  Nieuwsflash
 
INTERPOM 2024Lees meer
 
 
Attert is de rijkste gemeente en Sint-Joost-ten-Node de armste in 2022 Lees meer
 
 
Diepgronder staat niet garant voor goede bodemstructuur Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Omgeving. Begroting 2025Lees meer
 
 
Beleids- en begrotingstoelichting Landbouw en Tuinbouw Begroting 2025 Lees meer
 
 
Ontdek de voordelen van GLB-steunmaatregelen voor jouw teeltplan 2025 Lees meer
 
 
Plantenwortels veranderen hun groeipatroon tijdens de ‘puberteit’ Lees meer
 
 
Extremer weerLees meer
 
 
Opnieuw recorduitstoot CO˛Lees meer
 
 
Gezond en duurzaam voedsel voor de toekomstLees meer
 
 
Statuut gemeentelijke schattingscommissies Lees meer
 
 
Impact noodweer Spanje op de Vlaamse prijsevolutie groenten en fruitLees meer
 
 
Landbouw in 2024: minder wintergewassen door hevige regen Lees meer