Meneer Paternoster, wat zijn de nieuwe voedingstrends waarvoor innovatie zo nodig is?
Een grote trend is het toenemende gezondheidsbewustzijn van de consument. De mens is van nature nieuwsgierig en weet graag wat hij of zij eet. Als voedingsbedrijf spelen we hierop in door een verstaanbare en transparante voedingslabel te ontwikkelen. Met verstaanbaar bedoelen we ingrediënten die de consument kent. Deze trend staat trouwens ook bekend als Clean Labelling. Deze ‘natuurlijke’ tendens zeg maar, breidt zodanig uit dat er zelfs vraag is om voedingsproducten te maken die enkel afkomstig is van plantaardige oorsprong. Vandaag vind je al clean-labelproducten op de markt met de claims “zonder gluten” en “zonder additieven”.
En daar zit net de grote uitdaging. Voedingsbedrijven doen volop onderzoek om deze tendensen te integreren in hun productieproces, zonder daarbij teniet te doen aan de smaak en prijs van het product, en tot slot waarin de voedselveiligheid steeds wordt gegarandeerd.
Wat zijn de grootste uitdagingen voor Waalse voedingsbedrijven?
Ik zie een aantal uitdagingen. Bedrijven moeten enerzijds anticiperen op trends die zich afspelen op de Europese markt en tegelijk rekening houden met de grote exportvraag. In een steeds veranderende markt heb je geschikt personeel nodig om op duurzame wijze te blijven groeien. Maar daar knelt net het schoentje. Het aanwerven van talent blijft een moeilijk proces voor vele voedingsbedrijven. And last but nog least is er nog de digitalisatie. Bedrijven moeten hun strategie en businessmodel aanpassen om te kunnen surfen op de digitale vloedgolf die op ons afkomt.
Wat is de link tussen innovatie en het event ‘Wagralim Food Connections’?
Het event is dé ontmoetingsplaats die de verschillende actoren binnen de agrovoedingssector samenbrengt: bedrijven, wetenschappers en het onderwijs. Het is de gelegenheid bij uitstek om kennis te delen over bestaande en nieuwe samenwerkingsprojecten, om zo innovatie te stimuleren binnen de sector.
Op het event was het netwerk van Wagralim de drijvende kracht achter de cluster. Het netwerk bood de mogelijkheid om ideeën uit te wisselen. Verder dienden seminaries om de luisteraars te inspireren.
Op het event stelden jullie “Ffeedback” voor, een nieuwe markvalidatietool. Wat is dat precies?
Wagralim stond erop om een digitale tool te ontwikkelen die toegankelijk is voor zeer kleine ondernemingen en kmo’s, die voor 90% de voedingsindustrie vertegenwoordigen. Voedingsbedrijven leven tenslotte in een volatiele en veeleisende markt. Wist je trouwens dat een start-up nog maar 76% overlevingskans heeft na een gefaalde, eerste productlancering?
Het leek ons dus opportuun om bedrijven, groot en klein, een houvast te bieden. Ffeedback richt zich naar alle ondernemingen die hun groei in België of internationaal willen versnellen. De tool maakt voor jou de balans op en brengt de grootste opportuniteiten en uitdagingen in kaart binnen een specifiek doelpubliek, B2B en/of B2C.
Sinds september bent u de nieuwe voorzitter van Wagralim. Proficiat daarvoor! Op welke manier bied jij graag een meerwaarde?
Ik hoop een meerwaarde te bieden met mijn uitgebreide kennis binnen de Waalse voedingsindustrie. Door mijn carrièreloopbaan deed ik ervaring op in grote ondernemingen, zoals de Tiense Suikerrafinaderij. Mijn kennis over het kmo-landschap heb ik te danken aan mijn voorzittersschap bij Fevia Wallonie. Dankzij de nauwe samenwerking met de landbouw is ook de onderzoeks- en universiteitswereld mij niet onbekend. Ik waak er dan ook over om nauwer samen te werken met alle schakels binnen de keten, waar duurzaamheid en innovatie centraal staan.