De Waalse Regering,
Gelet op Richtlijn 200/60 van de Raad van 27 juni 2002 houdende specifieke bepalingen voor de bestrijding van Afrikaanse varkenspest en houdende wijziging van Richtlijn 92/119/EEG met betrekking tot besmettelijke varkensverlamming (Teschenerziekte) en Afrikaanse varkenspest, inzonderheid op de artikelen 15 en 16;
Gelet op de wet van 28 februari 1882 op de jacht, inzonderheid op artikel 1ter, 7, § 1, en 12ter, ingevoegd bij het decreet van 14 juli 1994 en gewijzigd bij het decreet van 16 februari 2017, en artikel 10, gewijzigd bij de decreten van 16 februari 2017 en 17 juli 2018;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2012 tot bepaling van de voorwaarden voor de bijvoedering van grof wild ;
Gelet op het besluit van de Waalse Regering van 24 maart 2016 waarbij de openings-, sluitings- en schorsingsdatums voor de jacht van 1 juli 2016 tot 30 juni 2021 vastgelegd worden ;
Gelet op het rapport van 12 oktober 2018 opgemaakt overeenkomstig artikel 3, 2°, van het decreet van 11 april 2014 houdende uitvoering van de resoluties van de Vrouwenconferentie van de Verenigde Naties die in september 1995 in Peking heeft plaatsgehad en tot integratie van de genderdimensie in het geheel van de gewestelijke beleidslijnen;
Gelet op de wetten op de Raad van State, gecoördineerd op 12 januari 1973, inzonderheid op artikel 3, § 1;
Gelet op de dringende noodzakelijkheid;
Overwegende dat de bevestiging, overeenkomstig Richtlijn 2002/60 van de Raad van 27 juni 2002, op 13 september 2018, van een primair geval van Afrikaanse varkenspest onder wilde zwijnen op een deel van het grondgebied van het Waalse Gewest de Regering ertoe noopt, onmiddellijk meerdere maatregelen te nemen om de verspreiding van de ziekte af te remmen, waaronder de afbakening van een buffergebied, met daarin een kerngebied op basis van de ontdekking van viropositieve krengen en passende uit te voeren maatregelen, zoals de opschorting van de jacht en het verbod tot bijvoederen van de wilde zwijnen;
Overwegende dat de afbakening van een observatiegebied rondom het buffergebied waarop eveneens meerdere maatregelen van toepassing zijn, waaronder de gedeeltelijke opschorting van de jacht en het verbod tot bijvoederen van de wilde zwijnen, van dien aard is dat de maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest in het kerngebied en het buffergebied worden opgevoerd;
Overwegende dat de Regering, overeenkomstig voornoemde richtlijn, er eveneens toe gehouden is, de verplichting na te komen om elk in het besmet gebied neergeschoten of dood aangetroffen wild zijn te onderwerpen aan een onderzoek naar de opsporing van Afrikaanse varkenspest en aan de transformatie, onder officiële controle, van alle wilde zwijnen die een positief resultaat hebben opgeleverd;
Overwegende dat de vernietiging van een maximumaantal wilde zwijnen in het observatiegebied en de afvoer ervan met strikte naleving van de bioveiligheidsvoorwaarden eveneens ertoe bijdagen, de maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest in het besmette gebied op te voeren;
Gelet op de aanbevelingen van de Europese deskundigen die de gegrondheid van deze strategie hebben bevestigd;
Op de voordracht van de Minister van Natuur en Landelijke Aangelegenheden ;
Na beraadslaging,
Besluit :
HOOFDSTUK I. - Begripsomschrijvingen
Artikel 1. Voor de toepassing van dit besluit wordt verstaan onder :
1° Administratie : het Departement Natuur en Bossen van de Waalse Overheidsdienst;
2° buffergebied : het gebied afgebakend in bijlage 1, dat gebied bevat het kerngebied gebaseerd op de aangetroffen viropositieve krengen ;
3° versterkt observatiegebied : het gebied afgebakend in bijlage 2.
HOOFDSTUK II. - Bijvoedering van grof wild in het buffergebied en in het versterkte observatiegebied
Art. 2. In artikel 3 van het besluit van de Waalse Regering van 18 oktober 2012 tot bepaling van de voorwaarden voor de bijvoedering van grof wild wordt lid 2 aangevuld met de woorden "behalve in de twee gebieden bepaald in de bijlagen 1 en 2 bij het besluit van de Waalse Regering van 12 oktober 2018 tot bepaling van de voorwaarden voor de bijvoedering van grof wild, waar iedere bijvoedering van grof wild verboden is tot en met 14 november 2018".
HOOFDSTUK III. - Jacht in het buffergebied en in het versterkte observatiegebied
Art. 3. Artikel 2 van het besluit van de Waalse Regering van 24 maart 2016 waarbij de openings-, sluitings- en schorsingsdatums voor de jacht tussen 1 juli 2016 en 30 juni 2021 vastgelegd worden, wordt aangevuld met een lid, luidend als volgt:
"Voor het jachtjaar 2018-2019 wordt de jacht op iedere wildsoort in open veld en in bossen verboden tot en met 14 november 2018 in het buffergebied bepaald in bijlage 1 bij het besluit van de Waalse Regering van 12 oktober 2018 houdende verscheidene maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen.".
Art. 4. De artikelen 4, 5, 6, 7, 10, 12 en 14 van hetzelfde besluit worden telkenmale aangevuld met volgend lid :
"Voor het jachtjaar 2018-2019 wordt de jacht, behoudens de bers- en loerjacht en de drijfjacht zonder honden, die toegelaten blijven, verboden in open veld en in bossen tot en met 14 november 2018, met inbegrip van het versterkte observatiegebied bepaald in bijlage 2 bij het besluit van de Waalse Regering van 12 oktober 2018 houdende verscheidene maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen.".
Art. 5. In artikel 8, derde lid, van hetzelfde besluit, gewijzigd bij het besluit van de Waalse Regering van 27 september 2018, worden volgende wijzigingen aangebracht:
1° de woorden "en onverminderd de specifieke bepalingen betreffende het jachtverbod in de omtrek van het buffergebied dat in de provincie Luxemburg besmet is met Afrikaanse varkenspest en in de omtrek van eventuele andere gebieden die besmet zouden kunnen worden met Afrikaanse varkenspest in Wallonië" vervallen;
2° er wordt een 3° toegevoegd, luidend als volgt :
"3° de jacht op het soort wild zwijn is in open veld en in bossen verboden tot en met 14 november 2018 in het versterkte observatiegebied bepaald in bijlage 2 bij het besluit van de Waalse Regering van 12 oktober 2018 houdende verscheidene maatregelen ter bestrijding van Afrikaanse varkenspest bij wilde zwijnen.".
HOOFDSTUK IV. - Vernietiging van de wilde zwijnen en beheer van de dood aangetroffen wilde zwijnen in het buffergebied
Art. 6. In het buffergebied organiseert de administratie het zoeken en verwijderen van dode wilde zwijnen op iedere publieke en private eigendom, met inbegrip van de eigendommen waarop het jachtrecht niet uitgeoefend wordt en in de natuurreservaten waarvoor afgeweken wordt van het verbod bedoeld bij artikel 11, eerste streepje, van de wet van 12 juli 1973 over het natuurbehoud.
De eigenaars en rechthebbenden kunnen zich niet verweren tegen de verrichtingen bedoeld in lid 1, behoudens in de eigendommen die een privé-woonst vormen in de zin van artikel 15 van de Grondwet.
Art. 7. De vernietiging van de wilde zwijnen in het buffergebied wordt overdag en 's nachts verboden tot en met 14 november 2018, uitgezonderd het afmaken van een ziek of gewond wild zwijn met inachtneming van de bioveiligheidsregels.
Art. 8. In het buffergebied is het zoeken en verwijderen van wilde zwijnen enkel de taak van het personeel van de administratie en van het Departement Onderzoek van het Natuurlijk en Landbouwmilieu van de Waalse Overheidsdienst, van de Burgerbescherming en van de personen gemandateerd door de administratie.
Art. 9. Ieder dood of neergeschoten aangetroffen wild zwijn wordt verplicht afgevoerd naar een inzamelcentrum opgericht door de administratie, waar stalen voor onderzoek worden afgenomen met het oog op de opsporing van het virus door dierenartsen, gemandateerd door de administratie.
De krengen van dood of neergeschoten aangetroffen wilde zwijnen worden verplicht onder officiële controle vernietigd.
HOOFDSTUK V. - Vernietiging van de wilde zwijnen en beheer van de dood aangetroffen wilde zwijnen in het versterkte observatiegebied
Art. 10. In het versterkt observatiegebied hebben de houders van het jachtrecht de verplichting om zelf de vernietiging van de wilde zwijnen op hun jachtgebied te organiseren, met als doel een totale ontvolking.
Art. 11. § 1. De vernietiging van de wilde zwijnen in het observatiegebied kan zowel overdag als 's nachts verricht worden tot en met 14 november 2018.
§ 2. De vernietiging van de wilde zwijnen kan in het observatiegebied enkel geschieden door middel of met behulp van:
1° netten, valluiken, fuiken, specifiek voor gevangenneming omheinde stukken land en alle andere middelen om de wilde zwijnen levend gevangen te nemen;
2° niet-vergiftigde lokmiddelen ;
3° lichtbronnen ;
4° vuurwapens ;
5° geluiddempers en nachtkijkers.
Betreffende 4° is het gebruik van een vuurwapen enkel toegelaten om wilde zwijnen neer te schieten bij de bers- en de loerjacht, bij drijfjachten zonder hond en om ze af te maken wanneer ze levend gevangen worden genomen.
Betreffende 5° wordt het gebruik van geluidsdempers en nachtkijkers enkel toegelaten voor de houders van een geldige jachtvergunning en hun bijzondere veldwachters voor zover het houden en het gebruik van deze hulpmiddelen toegelaten wordt ter afwijking van de artikelen 3 en 8 van de wet van 8 juni 2006 houdende regeling van economische en individuele activiteiten met wapens door de federale overheid.
§ 3. De vernietiging van de wilde zwijnen wordt door houders van geldige Waalse jachtvergunningen en hun bijzondere veldwachters die een opleiding hebben gevolgd inzake de bioveiligheidsregels, in acht te nemen in het kader van de preventie en de bestrijding van Afrikaanse varkenspest.
§ 4. Iedere vernietiging van een wild zwijn maakt het voorwerp uit van een vaststelling van afschieten/dood van het dier door een personeelslid van de administratie voor de afvoer ervan buiten de grenzen van het grondgebied waarop het is neergeschoten.
§ 5. Ieder neergeschoten wild zwijn wordt door de personen bedoeld in paragraaf 3 naar een inzamelcentrum, opgericht door de administratie, afgevoerd.
Art. 12. Ieder wild zwijn dat dood aangetroffen wordt in het versterkte waarnemingsgebied wordt onmiddellijk aan de administratie gemeld. Het aanraken ervan is verboden.
De administratie neemt de nodige maatregelen om het dier af te voeren naar een inzamelcentrum, waar stalen voor onderzoek worden afgenomen met het oog op de opsporing van het virus door dierenartsen, gemandateerd door de administratie.
Art. 13. De krengen van dood of neergeschoten aangetroffen wilde zwijnen worden verplicht onder officiële controle vernietigd.
HOOFDSTUK VI. - Beheer van de wilde zwijnen, dood aangetroffen buiten het buffergebied en het versterkte observatiegebied
Art. 14. Ieder wild zwijn dat dood of afgemaakt aangetroffen wordt in het versterkte observatiegebied wordt onmiddellijk aan de administratie gemeld. Het aanraken ervan is verboden.
In lid één worden de wilde zwijnen die dood of afgemaakt aangetroffen worden ingevolge een aanrijding niet beoogd.
De administratie neemt de nodige maatregelen om een onderzoek door te voeren met het oog op de opsporing van het virus op de wilde zwijnen bedoeld in lid 1 door een dierenarts, gemandateerd door de administratie, en om het dier af te voeren naar een inzamelcentrum.
De krengen van wilde zwijnen bedoeld in lid 1 worden verplicht onder officiële controle vernietigd.
HOOFDSTUK VII. - Slotbepalingen
Art. 15. De Minister bevoegd voor Jacht kan de bijlagen wijzigen na evaluatie van de evolutie van de toestand op het terrein door de administratie.
Art. 16. Dit besluit treedt in werking op 15 oktober 2018 en houdt van kracht te zijn op 14 november 2018.
Art. 17. De Minister van Natuur en Landelijke Aangelegenheden is belast met de uitvoering van dit besluit.
Namen, 12 oktober 2018.
Voor de Regering :
De Minister-President,
W. BORSUS
De Minister van Landbouw, Natuur, Bossen, Landelijke Aangelegenheden, Toerisme, Erfgoed en afgevaardigd bij de Grote Regio,
R. COLLIN