Waterreserves in kaart
Concreet biedt het Internet of Water dankzij de creatie van een grootschalig permanent sensorennetwerk de kans om de beschikbare waterreserves in kaart te brengen en tegelijk beter te benutten in functie van de watervraag. Het netwerk, van meer dan 1000 kleine, energiezuinige en draadloze water-kwaliteitssensoren (een ontwikkeling van imec) verspreid over Vlaanderen, zal continu de waterkwaliteit van bodem-, grond- en oppervlaktewater en gezuiverd rioolwater (RWZI-effluent) kunnen monitoren. Daardoor zullen de beschikbare waterreserves beter benut worden in functie van de vraag.
Met het pilootproject en de eerste experimenten die vandaag starten willen de partners inzicht krijgen in hoe nauwkeurig er gemeten kan worden, welke technische uitdagingen er liggen om de betrouwbaarheid en schaalbaarheid van een uitgebreid netwerk te garanderen, en hoe de uitkomsten op een duidelijke manier te visualiseren en voor iedereen beschikbaar te maken.
Vlaamse krachtenbundeling
Een aantal vooraanstaande bedrijven en onderzoeksinstellingen bundelen de krachten voor dit project van groot maatschappelijk belang. De vijf partners van het project - VITO, De Watergroep, Aquafin, imec en Vlakwa – hebben tevens de ambitie om van Vlaanderen de internationale koploper te maken inzake slim waterbeheer via de toepassing van innovatieve digitale technologieën.
Permanente opvolging met zelflerende software
De sensoren zijn afkomstig van imec, werelds toonaangevende onderzoeks- en innovatiehub op het vlak van nano-elektronica en digitale technologie. Marcel Zevenbergen (imec): “Na ruim zeven jaar intensief onderzoek is imec erin geslaagd een zeer kleine sensor te ontwikkelen die op een oppervlakte van slechts 1 cm2 zowel zuurtegraad, geleiding, als de hoeveelheid van diverse opgeloste zouten en andere stoffen in het water kan meten. Iets waar tot nu toe een combinatie van diverse losse sensoren, die wel duizenden euro’s per stuk kunnen kosten, voor nodig was.”
Piet Seuntjens, Innovatie manager bij VITO, de Vlaamse onafhankelijke onderzoeksorganisatie op het gebied van cleantech en duurzame ontwikkeling: “Innovatieve zelflerende algoritmes zullen de grote hoeveelheid data van de sensoren verwerken om de waterkwaliteit en -kwantiteit permanent en in real-time op te volgen, en ook modellen voeden die toekomstige evoluties te voorspellen. Via de VITO dashboards zullen gebruikers direct verbonden worden met het “waterbrein” zodat zij het beschikbare water optimaal kunnen aanwenden.”
Permanente opvolging noodzakelijk
De nood aan een systeem dat de kwaliteit en kwantiteit van water op een grote schaal opvolgt werd de jongste jaren duidelijk. Wateroverlast en of waterschaarste zijn thema’s die vandaag bijna permanent leven in de publieke opinie – met de droogte van dit en vorig jaar en de hevige onweersbuien van dit voorjaar.
Het ‘Internet of Water’ is daarom van groot belang voor diverse actoren in het Vlaamse waterlandschap, waaronder ook de projectpartners Aquafin en De Watergroep, en hun watergebruikers.
“Het gedetailleerd opvolgen van het watersysteem met voorspellingen voor toekomstige evoluties zal toelaten om ons rioolsysteem efficiënter te beheren, zodat we kunnen inspelen op hevige buien of droogteperiodes” aldus Jan Goossens, algemeen directeur van waterzuiveringsbedrijf Aquafin.
Ook voor waterbedrijf De Watergroep is het project belangrijk. “Een efficiënter beheer van het oppervlaktewater garandeert ook de toekomstige waterproductie van onze diverse productiecentra, terwijl een real-time controle van de waterkwaliteit onze productiekosten onder controle kan houden” verklaart Hans Goossens, directeur-generaal van integraal waterbedrijf De Watergroep.
Op weg naar een robuust watersysteem
Dat de Vlaamse overheid de noodzaak inziet van dit innovatieve waterbeheersysteem bewijst het engagement van de Vlaamse regering om tot een robuust watersysteem te komen (zie ook de Visienota 2050). “Het toegepast onderzoek heeft een grote meerwaarde voor het watersysteem zodat dit ten dienste staat van zowel watergebonden transport, industrie, landbouw, wonen, natuur, drinkwaterbedrijven etc.. Bovendien onderstreept dit project nog eens de knowhow waarover Vlaanderen beschikt en bewijst wereldtop te zijn. Deze kennis kunnen we ook valoriseren op internationaal vlak” besluit Dirk Van der Stede, CEO van het Vlaams Kenniscentrum Water (Vlakwa).
Met steun van de Vlaamse regering
Vlaams minister-president Geert Bourgeois: “Ons water is een schaars goed waar we duurzaam mee om moeten springen. Een efficiënt beheer is noodzakelijk opdat alle gebruikers in Vlaanderen over voldoende water beschikken. Het verheugt mij dat bedrijven, kennisinstellingen en overheden de handen in elkaar slaan om van Vlaanderen een wereldleider in innovatie in de watersector te maken met een uniek intelligent waterbeheersysteem.”
Carl Decaluwé, Gouverneur van de Provincie West-Vlaanderen: “Er is nood aan accurate monitoring en aan real-time visualisatie van informatie om onze beslissingen te ondersteunen en te objectiveren. Dit misten we tijdens de droogtecrisis in 2017.”
Bart Naeyaert, Gedeputeerde van de Provincie West-Vlaanderen: “Om goed met het watersysteem te kunnen omspringen is het cruciaal dat we zo veel mogelijk en zo recent mogelijke gegevens hebben over de hoeveelheid water en de kwaliteit van dat water in ons watersysteem. Het werken met sensoren kan daar heel veel toe bijdragen. Als voorzitter van Vlakwa ben ik dan ook blij met dit initiatief dat ongetwijfeld nog verder zal groeien. Oplossingen zoeken voor de uitdagingen die met een integraal waterbeleid samen gaan is wat wij vanuit een neutrale tussenpositie als doelstelling hebben. De wijzigende klimatologische omstandigheden maken dit nog extra belangrijk.”