Het merendeel van het geld ging naar investeringssteun, agromilieuklimaatmaatregelen en beheerovereenkomsten. Daarna volgen steun voor opleidingen en overnamesteun voor jonge landbouwers.
Met deze en andere maatregelen zet het PDPO III volop in op innovatie, duurzaamheid en het verhogen van de weerbaarheid van de landbouwsector. Ongeveer de helft van het bedrag komt van het EU-budget, de andere helft van Vlaanderen.
Meer dan 12.700 bedrijven ontvingen in 2014-2017 steun voor hun investeringen. De steun is gericht op het verhogen van de weerbaarheid van het bedrijf, een efficiënter energiegebruik of een reductie van de uitstoot van broeikasgassen en ammoniak.
De nieuwe maatregel ‘VLIF-projectsteun voor innovaties in de landbouw’ stimuleert pure innovatie en vernieuwing op het land- en tuinbouwbedrijf en vult de gewone investeringssteun aan. De maatregel wil innovatieve ideeën en concepten op het vlak van productie, verwerking en afzet van landbouwproducten ondersteunen. In de periode 2014-2017 werden 27 innovatieve projecten geselecteerd.
De tweede oproep voor het Europees Innovatiepartnerschap (EIP) was een succes. Er zijn in 2017 opnieuw vijf operationele groepen geselecteerd. Binnen een operationele groep organiseren geïnteresseerde land- en tuinbouwers, adviseurs, onderzoekers, ondernemers en/of andere actoren zich rond een concreet vraagstuk uit de praktijk, waarvoor ze samen naar een innovatieve oplossing zoeken.
De meer dan 11.000 gefinancierde opleidingen in de landbouw bereikten bijna 300.000 deelnemers in de periode 2014-2017. De georganiseerde opleidingen waren zeer divers van aard, zowel van thema als van duurtijd: ze varieerden van cursussen en stages tot korte vormingsactiviteiten. Ze behandelden technische aspecten, maar ook gingen ook in op bedrijfsvoering, wetgeving, milieu en dierenwelzijn.
Meer dan 1.000 jonge landbouwers kregen de voorbije jaren steun voor de vestiging als bedrijfsleider op een landbouwbedrijf.
Via de agromilieuklimaatmaatregelen krijgen de landbouwers steun voor de toepassing van milieu-, klimaat- en natuurvriendelijke landbouwpraktijken. In 2017 zat 28.000 hectare landbouwgrond onder een agromilieuverbintenis of beheerovereenkomst, goed voor 15 miljoen euro steun.
In 2014-2017 werden acht demonstratieprojecten uitbetaald. De projecten focusten onder meer op ergonomie, arbeidsveiligheid, antibioticagebruik, ventilatie en puntvervuiling. Na de oproep van 2017 werden 11 nieuwe projecten geselecteerd.
In 2017 hebben 449 bedrijven hectaresteun biologische landbouw ontvangen, voor een totaal areaal van 5.055 hectare. Daarvan is 1.346 hectare in omschakeling en op 3.709 hectare wordt de voortzetting van biolandbouw gesteund.
Ook de plattelandsmaatregelen lopen goed. Er werden 71 nieuwe Leader-projecten goedgekeurd, 1 samenwerkingsproject met de stedelijke omgeving, 20 projecten voor de versterking van de omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland door investeringen en 15 projecten voor de versterking van de omgevingskwaliteit en vitaliteit van het platteland door samenwerking.