Dit laatste zorgt voor een homogene immuniteit van de toom wat belangrijk is voor een langdurige bescherming.
Geen enkel vaccin beschermt tegen alle varianten
IBV is erg vatbaar voor mutaties. Daardoor kan het virus snel wijzigen in de loop van de tijd en circuleren er verschillende types. De types 4/91-793B, D388-QX, Massachusetts en D274-D207 kwamen het meest voor in 2012-2016 (zie figuur).
Procentuele genotypeverdeling van 232 IB-veldstammen in stalen van vleeskippen, fokpluimvee en leghennen in de periode april 2012 – september 2016 (Bron: De Herdt, P., M. De Gussem, S. Van Gorp and R. Currie. 2016. Epidemiology of Infectious bronchitis virus infections of chickens in Belgium. Symposium COST Action FA1207: Towards Control of Avian Coronaviruses: Strategies for Diagnosis, Surveillance and Vaccination, Zagreb, Croatia, November 9-10.)
Sinds maart 2017 biedt DGZ voor IB een PCR pakket aan dat onderzoekt op tien verschillende stammen, waaronder de meest voorkomende. Met dit pakket is het mogelijk om na te gaan welke IBV-stammen circuleren op het bedrijf. Zo kan, indien nodig, het vaccinatieschema aangepast worden om de volgende rondes beter te beschermen. Sommige vaccins geven een brede kruisbescherming. Toch bestaat er geen enkel vaccin dat beschermt tegen alle varianten van IBV. Daarom blijft aandacht voor een optimale bioveiligheid belangrijk (zie verder).
Enkel als de vaccinatie correct werd uitgevoerd zijn alle dieren van de toom gelijkmatig en langdurig beschermd. Tips voor een correcte vaccinatie kan u nog eens nalezen in onze nieuwsbrief van 19 mei.
Serologisch onderzoek (ELISA of HI-test) kan in beeld brengen of de vaccinatie correct werd uitgevoerd en of er eventueel sprake is van een infectie.
Voorwaarden voor een correcte interpretatie van analyseresultaten
Voor een correcte interpretatie van analyseresultaten is het belangrijk over alle informatie te beschikken zoals vaccinatieschema, leeftijd tijdens vaccinatie, manier van vaccinatie (spray/drinkwater) en gebruikte dosis. Er moeten steeds voldoende stalen worden genomen die op een correcte manier worden bewaard.
Recent paste DGZ het analyseaanvraagformulier voor pluimvee aan. Zo kan voortaan eenvoudig het toegepast vaccinatieschema voor IB of andere ziektekiemen genoteerd worden. Klik hier om het formulier te downloaden van onze website en voor de tarievenlijst.
Uw bedrijfsdierenarts is het best aangewezen om de resultaten correct te interpreteren.
Bioveiligheid onmisbaar
Bij de bestrijding van IB – en eender welke andere ziekte – is een optimale bioveiligheid onmisbaar. Enkele eenvoudige maatregelen kunnen al een groot resultaat hebben:
- Vermijd onnodige bezoekers op het bedrijf en zeker in de stallen. Zorg ervoor dat bezoekers niet zomaar het bedrijf kunnen betreden, maar dat ze zich eerst moeten aanmelden.
- Voorzie bedrijfseigen kledij en schoeisel per stal. Dit geldt zowel voor veehouder als voor bezoekers.
- Afzonderlijk materiaal voorzien voor elke stal. Indien er meerdere stallen zijn op een bedrijf, dient men het materiaal gescheiden te houden per stal. Dit wil zeggen dat men per stal/hok in het bezit moet zijn van een ladder, kruiwagen, borstel, schop, etc. Ook dienen er voor elke stal verschillende sets laarzen en overalls aanwezig te zijn. Om het materiaal bij de juiste stal te houden, kan men werken met een kleurcode. Zo gebruikt men bijvoorbeeld gele laarzen, gele overalls en een geel gemerkte borstel in stal 1 terwijl in stal 2 enkel en alleen plaats is voor materiaal met een rode kleurcode.
- Hou huisdieren uit de stallen en omliggende ruimtes. Huisdieren moeten te allen tijde uit de stallen en de omliggende ruimtes zoals voorruimte, voederruimte en andere stockageplaatsen gehouden worden. Tijdens bezetting lijkt dit evident maar ook tijdens de leegstand moet hier aandacht aan geschonken worden. Let hier zeker op bij reiniging en ontsmetting waarbij de deuren en/of poorten van de stal wel eens durven open te staan.
- Reinig en ontsmet grondig, zeker als er een IB-infectie was tijdens de voorgaande ronde. Volg alle stappen van het reinigings- en ontsmettingsprotocol: droog reinigen, inweken, nat reinigen met zeep, naspoelen, laten opdrogen, ontsmetten en opnieuw laten opdrogen.